Het is onrustig op het platteland van Nederland, en dat heeft alles te maken met de wolf. In de eerste drie maanden van 2025 is het aantal aanvallen op vee hoger dan ooit tevoren geregistreerd.
Boeren, met name in het noorden en oosten van het land, worden steeds vaker geconfronteerd met verscheurde schapen, pony’s en zelfs kalveren. De cijfers zijn alarmerend, en de discussie over hoe Nederland met de wolf moet omgaan, laait opnieuw hevig op.
Cijfers liegen niet: 368 aanvallen in drie maanden
In het eerste kwartaal van 2025 zijn er maar liefst 368 geregistreerde aanvallen van wolven op landbouwhuisdieren gemeld bij BIJ12, het orgaan dat namens de provincies alles rondom wolvenzaken regelt. Ter vergelijking: in dezelfde periode vorig jaar lag dat aantal nog op 266. Dat is een stijging van ruim 38 procent. Een nieuw triest record.
De meeste aanvallen vonden plaats in Gelderland, waar 148 incidenten zijn geregistreerd. Daarna volgen Friesland en Drenthe, met elk rond de tachtig gevallen. Ook in Overijssel en Limburg kwamen meldingen binnen, al in mindere mate.
Onderzoekers: meeste schade had voorkomen kunnen worden
Toch plaatsen deskundigen een flinke kanttekening bij deze cijfers. Volgens een analyse van het ANP blijkt uit de gegevens van BIJ12 dat in ongeveer 90 procent van de gevallen de grondeigenaren geen of onvoldoende preventieve maatregelen hadden getroffen.
Denk hierbij aan het plaatsen van speciale wolfwerende hekken, het gebruiken van waakhonden of het ’s nachts op stal zetten van kwetsbare dieren.
Met andere woorden: de schade had in veel gevallen deels of volledig voorkomen kunnen worden. Onderzoekers wijzen erop dat de verantwoordelijkheid om schade door roofdieren te beperken, niet alleen bij de overheid ligt, maar ook bij de dierhouders zelf.
Wolf blijft onderwerp van felle discussie
De aanwezigheid van de wolf zorgt al jaren voor verhitte discussies. Waar de een het dier ziet als een waardevolle terugkeer van een verdwenen roofdier, ziet de ander vooral een bedreiging voor het boerenbedrijf en het dierenwelzijn van gehouden vee.
Critici van het huidige wolvenbeleid vinden dat er te weinig mogelijkheden zijn om in te grijpen. De wolf is strikt beschermd onder Europese regels, wat betekent dat afschot alleen in uitzonderlijke gevallen is toegestaan. Die regels zorgen voor frustratie onder boeren en jagers, die zich machteloos voelen als ze keer op keer met dode dieren worden geconfronteerd.
Tegelijkertijd wijzen natuurbeschermers op het belang van de wolf voor het ecosysteem. De wolf jaagt op zwakke en zieke dieren en zorgt zo voor een natuurlijk evenwicht in populaties van bijvoorbeeld herten en zwijnen. Bovendien zeggen zij dat het mogelijk is om met goede maatregelen schade aan vee te beperken.
Bescherming van de wolf wordt mogelijk versoepeld
Er lijkt echter verandering op komst. De druk op overheden om de regels rondom de wolf aan te passen, neemt toe. In Brussel wordt gesproken over een herziening van de beschermingsstatus van de wolf binnen de Europese Unie.
Ook in Nederland wordt er gewerkt aan nieuwe richtlijnen die meer ruimte bieden voor actie wanneer een wolf zich herhaaldelijk ophoudt in de buurt van vee of menselijke bebouwing.
Een versoepeling van de bescherming zou kunnen betekenen dat ‘probleemwolven’ sneller mogen worden verdreven of in het uiterste geval mogen worden afgeschoten. Dat zou veel boeren enigszins gerust kunnen stellen, al benadrukken experts dat preventie altijd de eerste stap blijft.
Melden van aanvallen is niet verplicht
Wat ook meespeelt in het debat is het feit dat het melden van wolvenaanvallen bij BIJ12 niet verplicht is. Het is dus goed mogelijk dat het werkelijke aantal incidenten nog hoger ligt dan de officiële cijfers aangeven.
Bovendien worden alleen die gevallen meegerekend waarbij met zekerheid is vastgesteld dat de schade door een wolf is veroorzaakt. Bij twijfelgevallen of wanneer het dier al is opgeruimd voor er onderzoek kan worden gedaan, wordt geen melding opgenomen in de statistieken.
Boeren die schade ondervinden, kunnen overigens in aanmerking komen voor een schadevergoeding via BIJ12, mits zij kunnen aantonen dat ze redelijke preventieve maatregelen hebben genomen. Ook dat blijft een bron van discussie, omdat niet elke boer het financieel of praktisch haalbaar vindt om zijn hele terrein wolfwerend te maken.
Wat zijn preventieve maatregelen precies?
Om in aanmerking te komen voor schadevergoeding en om risico’s te verkleinen, zijn er verschillende maatregelen die boeren kunnen treffen.
De belangrijkste is het plaatsen van wolfwerende omheiningen. Deze bestaan uit elektrische schrikdraad op een bepaalde hoogte en met een specifieke spanning, waardoor wolven worden afgeschrikt. Ook het gebruik van kuddewaakhonden – zoals Maremma’s of Pyreneese berghonden – wordt aanbevolen.
Daarnaast adviseren deskundigen om vee ’s nachts binnen te houden, zeker tijdens het lammerseizoen. Ook het opruimen van kadavers en het goed afsluiten van weides kan bijdragen aan het ontmoedigen van wolven om een bepaald gebied op te zoeken.
Boeren vragen om meer steun en duidelijkheid
Hoewel preventieve maatregelen bestaan, zijn ze niet altijd eenvoudig of goedkoop uit te voeren. Veel boeren voelen zich in de steek gelaten door de overheid, die volgens hen te traag of te onduidelijk handelt. De ene provincie verstrekt subsidies voor hekken, de andere niet. En voor boeren die vlak over een provinciegrens wonen, kan dat grote gevolgen hebben.
Wat veel boeren willen, is duidelijke landelijke regelgeving, financiële hulp bij het nemen van maatregelen en snellere interventies bij terugkerende aanvallen. Zolang die zaken niet goed geregeld zijn, zal de onvrede blijven groeien – net als het aantal wolvenaanvallen.
Conclusie: recordjaar met waarschuwing voor de toekomst
Met 368 geregistreerde aanvallen in slechts drie maanden is het duidelijk dat 2025 nu al een problematisch jaar is als het gaat om conflicten tussen mens en wolf.
De roep om verandering wordt steeds luider. Tegelijkertijd laten de cijfers ook zien dat veel schade te voorkomen was geweest met betere voorbereiding en bescherming.
De balans vinden tussen natuurbescherming en landbouwbelangen blijft een uitdaging. Maar één ding is zeker: de wolf is terug, en die gaat niet zomaar weg. Het is aan mens, beleid en praktijk om te zorgen dat samenleven met dit roofdier mogelijk én eerlijk blijft – voor mens én dier.