Het Europees Parlement stond deze week in het teken van felle discussies over de verdeling van Europese subsidies.
De gemoederen liepen hoog op toen nieuwe cijfers bekend werden: tussen 2019 en 2023 werd maar liefst 17 miljard euro uitgekeerd aan ruim 37.000 organisaties.
Vooral Frans Timmermans, voormalig klimaatcommissaris en architect van de Green Deal, kreeg het zwaar te verduren.
Volgens critici is er sprake van politieke bevoordeling, waarbij vooral linkse en groene ngo’s de vruchten plukken van Europees belastinggeld.
Storm over Europese subsidies
Het is niet de eerste keer dat er discussie ontstaat over Europese subsidies, maar ditmaal ligt het gevoeliger dan ooit.
Uit de cijfers blijkt dat een groot deel van het geld terechtkomt bij organisaties die zich inzetten voor klimaat, mensenrechten of sociale thema’s.
Juist die onderwerpen staan hoog op de agenda van progressieve en groene partijen.
Conservatieve fracties in het Europees Parlement – waaronder de EVP, de ECR en de Patriotten voor Europa – stellen dat dit wijst op een structureel onevenwicht.
Volgens hen gebruikt de Europese Commissie het subsidie-instrument om politieke bondgenoten te versterken, terwijl organisaties met een rechtse of conservatieve achtergrond nauwelijks steun ontvangen.
Het subsidieregister zet de toon
De directe aanleiding voor de verhitte discussie is de publicatie van een subsidieregister door de Hongaarse europarlementariër Csaba Dömötör, lid van de Patriotten voor Europa, waar ook de PVV deel van uitmaakt.
In dit register zijn alle ontvangers van subsidies tussen 2019 en 2023 opgenomen.
Het opmerkelijke is dat deze informatie niet rechtstreeks door de Europese Commissie zelf werd verstrekt.
Normaal gesproken zou de uitvoerende macht transparant moeten zijn over de besteding van belastinggeld, maar in dit geval was het een oppositiegroep die de gegevens boven tafel kreeg. Dat voedt het gevoel dat de Commissie iets te verbergen had en vergroot de politieke spanningen.
Timmermans en de Groene Agenda
Frans Timmermans is een van de belangrijkste doelwitten van de kritiek. Tijdens zijn periode als Eurocommissaris zette hij met de Green Deal in op ambitieuze klimaatplannen, waarbij steun van groene organisaties cruciaal was.
Tegenstanders beweren dat er doelbewust subsidies zijn toegekend aan klimaatactivistische ngo’s om draagvlak te creëren voor zijn beleid.
Een rapport van de Europese Rekenkamer uit april wees bovendien op gebrekkige controlemechanismen bij de toewijzing van subsidies.
Daardoor was het moeilijk na te gaan of het geld op een eerlijke en evenwichtige manier verdeeld werd. Voor critici is dat een bewijs dat Timmermans zijn positie gebruikte om zijn eigen agenda te versterken.
Omstreden projecten onder de loep
In het subsidieregister zijn talloze projecten opgenomen die de wenkbrauwen doen fronsen bij tegenstanders.
Zo werd er bijna drie ton uitgekeerd aan het Belgische initiatief “Moslimvrouwen tegen genderislamofobie”, een organisatie die volgens sommigen banden onderhoudt met de Moslimbroederschap.
Andere voorbeelden zijn klimaatacties in Oost-Europa en genderonderzoeken in landen als Myanmar.
Voor progressieve partijen zijn dit waardevolle initiatieven die bijdragen aan gelijkheid en duurzaamheid. Conservatieve politici zien ze echter als illustratie van hoe Europees belastinggeld wordt gebruikt om linkse en activistische doelen te financieren.
Politieke gevoeligheid in de Kamer
Tom Vandendriessche, europarlementariër voor Vlaams Belang, benadrukte tijdens het debat dat het probleem niet zozeer ligt bij de inhoud van de projecten, maar bij de scheve verdeling. “Pluralisme is belangrijk.
Ook organisaties waarmee ik het fundamenteel oneens ben, mogen subsidies ontvangen. Maar het kan niet zo zijn dat vrijwel alleen progressieve initiatieven worden gesteund,” zei hij.
Daarnaast stelde hij dat de Europese Commissie geen politieke agenda hoort te voeren. De taak van de Commissie is om besluiten van Raad en Parlement uit te voeren, niet om zelf richting te geven aan maatschappelijke debatten met miljarden aan subsidies.
Gebrek aan controle en transparantie
Een belangrijk punt van kritiek is dat de Europese Commissie jarenlang onvoldoende transparant was over de besteding van het geld.
Waar nationale regeringen vaak in detail openbaar maken wie subsidies ontvangt, bleef dat op Europees niveau lang vaag. Pas na aandringen van parlementsleden en eigen speurwerk van oppositiepartijen kwam de lijst met begunstigden boven tafel.
Voorstanders van het huidige systeem wijzen er echter op dat veel ngo’s afhankelijk zijn van Europese steun om hun werk te doen.
Zonder subsidies zouden initiatieven op het gebied van mensenrechten, klimaat en sociale gelijkheid nauwelijks kunnen bestaan. Toch blijft de vraag waarom die steun vrijwel altijd in dezelfde politieke hoek terechtkomt.
Strijd om de beeldvorming
Het debat over subsidies is meer dan een technische discussie over geldstromen. Het gaat om de beeldvorming rond Brussel en de manier waarop Europese instellingen omgaan met belastinggeld.
Voor eurosceptische partijen, waaronder de PVV, is dit hét bewijs dat de EU geen neutrale scheidsrechter is, maar een actor die actief zijn eigen ideologische koers financiert.
Progressieve partijen bestrijden dit beeld en stellen dat de subsidies juist de diversiteit van de Europese samenleving weerspiegelen.
Volgens hen wordt er geïnvesteerd in een breed scala aan projecten die bijdragen aan een beter, groener en rechtvaardiger Europa.
De roep om hervormingen
Ondanks de verdeeldheid is duidelijk dat er iets moet veranderen. Het Europees Parlement heeft een werkgroep ingesteld die de subsidiestromen nauwgezet gaat onderzoeken.
Veel parlementsleden willen dat er voortaan strengere regels komen, meer transparante rapportages en onafhankelijke controlemechanismen.
Zonder die hervormingen dreigt het vertrouwen in de Europese instellingen verder af te brokkelen. In landen waar euroscepsis al groot is, kan dit debat de roep om minder Europese invloed alleen maar versterken.
Conclusie
De rel rond de 17 miljard euro aan subsidies heeft een pijnlijke zwakke plek blootgelegd in de Europese besluitvorming.
Het feit dat juist een oppositiegroep de cijfers openbaar maakte, voedt het wantrouwen richting de Europese Commissie.
Frans Timmermans staat opnieuw in de schijnwerpers, ditmaal niet vanwege zijn klimaatplannen maar vanwege de vraag of hij de verdeling van subsidies bewust heeft gebruikt om zijn Groene Agenda te ondersteunen.
Of dit dossier hem blijvend zal achtervolgen is nog onzeker, maar dat het de discussie over transparantie en democratische controle nieuw vuur geeft, staat vast.
De komende maanden zal blijken of de Europese Commissie en het Parlement de kans grijpen om orde op zaken te stellen, of dat dit debat het vertrouwen in Brussel nog verder ondermijnt.