Na een hectische verkiezingsnacht klonk Geert Wilders opvallend ontspannen. De PVV-leider, die zijn partij flink zag terugvallen in zetels, lijkt zich neer te leggen bij de nieuwe politieke realiteit.

Terwijl D66 en PVV tot diep in de nacht nek aan nek gingen, sprak Wilders in de Tweede Kamer over een toekomst waarin hij zich mogelijk weer in de oppositie zal bevinden.
‘Oppositievoeren is veel leuker’
Met een vermoeide glimlach verscheen Wilders woensdagavond in de hal van de Tweede Kamer. “Oppositievoeren is veel leuker,” grapte hij tegen de verzamelde pers. Tegelijkertijd klonk hij strijdlustig: “Maakt u uw borst maar nat.”
Hoewel de toon luchtig was, liet hij weten dat regeren nog altijd zijn voorkeur heeft. “Dat doen we het liefste, dat is wat ik wil.”
Op zijn werkkamer volgde Wilders de uitslagen samen met enkele vertrouwelingen. Toen om negen uur de eerste exitpoll verscheen, was meteen duidelijk dat de PVV flink had ingeleverd: van 37 naar 25 zetels. Ondanks het verlies probeerde Wilders de schade te relativeren.
“Het is nog steeds fors,” zei hij. “Onze tweede beste uitslag ooit.” Toch klonk er ook hoop: “Wie weet, misschien worden we vannacht nog de grootste.”
Vermoeid maar strijdvaardig
Mensen in zijn omgeving merkten op dat Wilders er moe uitzag. De campagne was zwaar, en hoewel hij minder actief leek dan voorgaande jaren, trok de spanning zichtbaar aan hem.
Volgens partijgenoten had hij weinig zin om fel terug te vechten tegen andere lijsttrekkers tijdens de debatten.
Het verlies wijt Wilders vooral aan de andere partijen, die vooraf al hadden uitgesloten met hem samen te werken. “Het was alle ballen op de PVV,” zei hij.
Daardoor zouden sommige kiezers hun stem hebben gegeven aan partijen die wél kans maakten op regeringsdeelname. “Je ziet dat JA21 daardoor resultaten heeft geboekt,” aldus Wilders.
Een solocampagne
De PVV-voorman voerde grotendeels in zijn eentje campagne. Waar andere partijen met teams, persmomenten en provincietours werkten, hield Wilders het klein. Hij verscheen bij enkele debatten en deed verder vooral online van zich spreken.
Op straat waren het vooral lokale PVV’ers die flyers uitdeelden en het gesprek aangingen met kiezers.
Op de vraag of hij zelf niet te weinig zichtbaar was geweest, reageerde hij resoluut: “Ik heb goed campagne gevoerd.”
Opvallend was wel dat hij daarbij sprak in de ik-vorm. Niet ‘we’, maar ‘ik’. Binnen de PVV is dat niet ongebruikelijk: Wilders beslist alles zelf, van campagne tot beleid.
Een Kamerlid van de PVV zei daar onlangs nog over: “We moeten het maar aan hem overlaten. Hij weet zelf het beste wat werkt.” Die uitspraak typeert de partijstructuur: één leider, één koers.
Minder scherp dan voorheen
Toch viel op dat Wilders dit jaar milder campagne voerde dan in eerdere verkiezingen. Hij zei zelf “misschien niet zo extreem” te hebben opgetreden als andere partijen.
Dat was volgens hem een bewuste keuze. “Ik vond dat ik aan behoorlijk wat debatten heb meegedaan,” zei hij, hoewel het er uiteindelijk maar enkele waren.
Bij die debatten bereidde hij zich voor met andere PVV’ers, maar op televisie kwam vooral hijzelf aan het woord.
Observatoren merkten op dat hij tijdens de laatste optredens wat minder fel was dan gewoonlijk. Zijn reacties op aanvallen van andere lijsttrekkers – vooral over de chaos binnen het kabinet-Schoof – waren gematigder dan men gewend is van hem.
Twijfel over zijn ambitie
In Den Haag gaan inmiddels stemmen op dat Wilders misschien niet alles op alles heeft gezet om te winnen.
Verschillende analisten vragen zich af of hij überhaupt nog premier wilde worden. Met 37 Kamerleden zou hij de grootste fractie in de geschiedenis van de PVV hebben moeten aansturen – een zware taak voor een partij met een sterke hiërarchische structuur.
Sommigen binnen zijn eigen gelederen denken dat hij juist opgelucht is met een kleinere fractie. “Misschien vindt hij het wel prima zo,” fluisterde een PVV’er in de wandelgangen. “Hij hoeft niet iedereen aan te sturen en kan zich weer focussen op wat hij het beste doet: oppositievoeren.”
Wilders zelf ontkent dat hij gas terugneemt. “U bent tot mijn tachtigste nog niet van mij af,” zei hij glimlachend tegen journalisten. Met zijn 62 jaar heeft hij naar eigen zeggen nog genoeg energie om jaren door te gaan.
Sportieve houding tegenover tegenstanders
Ondanks de teleurstellende uitslag toonde Wilders zich opvallend sportief. Hij feliciteerde D66-leider Rob Jetten meerdere keren met de winst en wenste Frans Timmermans, die zijn vertrek aankondigde als leider van GroenLinks-PvdA, “het allerbeste”.
Tijdens de campagne had Timmermans het nog over “het einde van het tijdperk Wilders”, maar de PVV-leider hield zich op de vlakte. “Ik ga daar helemaal geen vervelende dingen over zeggen,” reageerde hij kalm. “Ik heb alleen maar respect voor zijn beslissing.”
Die houding laat zien dat Wilders zijn politieke ervaring gebruikt om zijn imago bij te stellen. Minder boos, minder fel, maar nog steeds scherp waar nodig – een strategie die hem mogelijk in de toekomst opnieuw politieke kansen biedt.
Een veranderend tijdperk
Het politieke landschap verschuift. Waar Wilders jarenlang de toon zette met felle oppositie, lijkt de Nederlandse politiek langzaam te verschuiven naar pragmatisme en samenwerking. Toch blijft zijn achterban trouw. In meerdere gemeenten, vooral in Limburg en delen van Overijssel, blijft de PVV de grootste partij.
Volgens gegevens van het ANP behaalde de partij in tientallen gemeenten nog altijd meer dan 20 procent van de stemmen. Dat maakt duidelijk dat Wilders’ boodschap nog steeds breed resoneert, ook al is de landelijke winst dit keer uitgebleven.
De toekomst van de PVV
Wat de komende maanden gaan brengen, is nog onduidelijk. Wilders lijkt voorlopig geen coalitiebesprekingen te verwachten, maar sluit niets uit.
Mocht de PVV opnieuw in de oppositie belanden, dan belooft hij in elk geval een “felle maar eerlijke” rol te spelen.
Zijn boodschap aan andere partijen was duidelijk: “Maakt u uw borst maar nat.” Daarmee kondigde hij aan dat hij, zelfs vanaf de oppositiebanken, zijn stem zal laten horen in het debat over immigratie, veiligheid en vrijheid van meningsuiting – thema’s die hem groot maakten.
Conclusie: een vermoeide, maar niet verslagen Wilders
De verkiezingsuitslag van 2025 markeert een keerpunt voor Geert Wilders. Zijn partij verloor zetels, zijn droom van regeringsdeelname lijkt verder weg dan ooit, maar zijn invloed is onverminderd groot.
Wilders oogt vermoeid, maar niet verslagen. Hij weet als geen ander dat oppositievoeren soms meer invloed oplevert dan regeren. En met een trouwe achterban, een herkenbare boodschap en een vastberaden houding lijkt hij voorlopig niet van plan het politieke toneel te verlaten.
Of, zoals hij het zelf zei: “U bent tot mijn tachtigste nog niet van mij af.”





