Rudy (55) heeft een uitgesproken mening over een onderwerp dat vaak de gemoederen bezighoudt: salarisverschillen. “Waarom zou iemand miljoenen verdienen, terwijl een ander nauwelijks rondkomt?
Het is oneerlijk,” zegt hij, met een overtuiging die je niet kunt missen. “Ik vind dat iedereen in Nederland gewoon hetzelfde moet verdienen. Punt uit.” Voor Rudy gaat het niet alleen om geld, maar vooral om gelijkheid en waardering.
Rudy werkt al meer dan dertig jaar als buschauffeur. Hij houdt van zijn werk, maar soms voelt het alsof zijn inspanningen nauwelijks gewaardeerd worden. “Ik zorg ervoor dat mensen veilig van A naar B komen, of het nou regent, sneeuwt of keihard waait.
Maar als ik mijn salaris zie, vraag ik me wel eens af: wat is mijn werk eigenlijk waard? En dan zie ik een voetballer die miljoenen binnenharkt omdat hij een bal de goede kant op schopt. Dat klopt toch niet?”
Het steekt Rudy vooral dat bepaalde beroepen, zoals leraren, zorgverleners en vuilnismannen, structureel onderbetaald worden. “Zonder deze mensen stort de hele maatschappij in elkaar. Maar nee hoor, geef die miljoenen maar aan de topmensen en influencers. Het slaat echt nergens op.”
Zijn idee over gelijke salarissen heeft hij deels opgedaan tijdens een vakantie in Scandinavië. “Daar zag ik hoe mensen gewoon normaal met elkaar omgaan, zonder dat gedoe over status en wie meer verdient. Iedereen heeft er genoeg om van te leven, en niemand kijkt op je neer omdat je een ‘simpel’ beroep hebt. Dat zou in Nederland ook zo moeten zijn.”
Toch begrijpt Rudy dat zijn idee in Nederland waarschijnlijk op veel weerstand stuit. “Mensen zijn hier te gehecht aan het idee dat je meer moet verdienen als je meer verantwoordelijkheid hebt. Maar wat is verantwoordelijkheid? Iedereen draagt zijn steentje bij, op zijn eigen manier. Een verpleegkundige heeft misschien geen grote vergadering, maar als zij niet op komt dagen, liggen er levens op het spel.”
Niet iedereen in Rudy’s omgeving deelt zijn mening. “Mijn broer bijvoorbeeld, die werkt in de IT en verdient flink wat meer dan ik. Hij zegt dan: ‘Rudy, ik heb er jarenlang voor gestudeerd. Waarom zou ik hetzelfde moeten krijgen als iemand zonder diploma?’ Maar ik denk dan: oké, je hebt gestudeerd, maar maakt dat jou een waardevoller mens? Je hebt geen gouden hart of extra uren in je dag. Iedereen heeft toch evenveel recht op een goed leven?”
Ook vrienden maken wel eens grapjes over zijn standpunt. “Ze noemen me soms een communist, maar dat is onzin. Ik zeg niet dat we alles moeten delen of zo. Ik zeg alleen dat de kloof tussen rijk en arm kleiner moet. Niemand heeft iets aan de extreme rijkdom die je hier ziet, terwijl anderen naar de voedselbank moeten.”
Voor Rudy gaat het niet alleen om het financiële aspect, maar ook om de mentaliteit die bij ongelijkheid hoort. “Als je ziet hoeveel jaloezie, stress en competitie er komt kijken bij al die verschillen, vraag je je af: is dit echt wat we willen?
Iedereen zit elkaar te beoordelen op basis van salarisstrookjes, terwijl dat helemaal niet zou moeten uitmaken. Het maakt je geen beter mens als je meer verdient.”
Hij haalt een recent voorbeeld aan van een buurman die zijn baan verloor. “Die man werkte jarenlang in de bouw, keihard werk, maar door een blessure kon hij niet meer. Nu zit hij in de bijstand, en ineens kijken mensen hem anders aan. Maar waarom? Hij is dezelfde persoon, met dezelfde kwaliteiten. Het is gewoon dat belachelijke systeem dat hem nu in een hokje stopt.”
Rudy gelooft dat gelijke salarissen een hoop problemen zouden oplossen. “Stel je voor: geen jaloezie meer, geen stress over rekeningen, en iedereen heeft genoeg om een normaal leven te leiden. Mensen zouden meer respect voor elkaar hebben en elkaar als gelijken zien. Het klinkt misschien idealistisch, maar waarom zouden we het niet proberen?”
Hij benadrukt dat het ook niet betekent dat hard werken niet meer beloond mag worden. “Je kunt mensen alsnog extra’s geven voor hun inzet, maar de basis moet gelijk zijn. Niemand zou wakker moeten liggen van de vraag hoe ze hun huur moeten betalen, terwijl anderen zich afvragen welke auto ze dit jaar gaan kopen.”
Rudy weet dat zijn ideeën niet zomaar realiteit worden, maar hij blijft hoopvol. “Misschien duurt het nog een generatie of twee, maar ik geloof dat mensen uiteindelijk inzien dat dit systeem niet werkt. En dan? Dan komt er hopelijk een wereld waarin iedereen een eerlijke kans krijgt, ongeacht je beroep, opleiding of afkomst.”
Tot die tijd blijft Rudy zijn mening delen, of mensen het nou met hem eens zijn of niet. “Ik weet dat ik niet iedereen overtuig, maar als ik er één iemand aan het denken zet, is mijn missie al geslaagd. Want eerlijk is eerlijk: waarom zou de ene persoon meer waard zijn dan de ander? Uiteindelijk zijn we allemaal mensen.”