Jonne is 27 en werkt al een paar jaar als projectmanager bij een middelgroot bedrijf. Ze houdt van haar werk en is goed in wat ze doet, maar de afgelopen tijd loopt ze tegen iets aan wat haar enorm frustreert: de starre houding van haar baas als het gaat om thuiswerken.
“Ik wil gewoon thuiswerken, maar mijn baas verwacht dat ik vijf dagen per week op kantoor zit. Dat is toch echt ouderwets,” vertelt ze met een zucht.
Ze is niet de enige die er zo over denkt. “Veel van mijn collega’s zijn het met me eens, maar niemand durft er echt iets van te zeggen. Er hangt een soort onuitgesproken regel dat je pas serieus genomen wordt als je elke dag op kantoor verschijnt.”
Jonne begrijpt dat sommige taken makkelijker zijn om in persoon te doen, zoals brainstormsessies of belangrijke meetings. “Maar vijf dagen per week? Dat slaat nergens meer op. Zeker niet als je kijkt naar hoe goed het thuiswerken ging tijdens corona.”
Volgens Jonne heeft het thuiswerken haar niet alleen productiever gemaakt, maar ook gelukkiger.
“Ik hoef niet elke ochtend in de file te staan, ik kan mijn dag efficiënter indelen en heb meer tijd voor mezelf. Als ik een uurtje bespaar omdat ik niet naar kantoor hoef, kan ik sporten, rustig ontbijten of even de was doen. Het geeft zoveel meer balans.”
Maar het is niet alleen de reistijd die haar stoort. “Op kantoor ben ik veel meer afgeleid. Mensen komen de hele dag vragen stellen of gewoon even kletsen. Dat is gezellig, maar niet altijd handig als je gefocust wilt werken.”
Ze lacht even en voegt eraan toe: “Thuis hoef ik me niet druk te maken over collega’s die ineens over je schouder meekijken terwijl je een belangrijk document typt.”
De frustratie van Jonne zit vooral in het gebrek aan vertrouwen van haar baas. “Hij zegt altijd dat we als team moeten samenwerken en dat kan alleen op kantoor. Maar kom op, we leven in 2025! Er zijn zoveel digitale tools waarmee je uitstekend kunt samenwerken, ook als je niet in dezelfde ruimte zit.”
Ze merkt dat haar baas vasthoudt aan een soort ouderwetse controle. “Het voelt alsof hij denkt dat mensen thuis alleen maar zitten te Netflixen. Terwijl ik thuis juist harder werk, omdat ik minder wordt afgeleid.”
Jonne heeft geprobeerd het onderwerp bespreekbaar te maken. “Ik heb voorgesteld om bijvoorbeeld drie dagen op kantoor te zijn en twee dagen thuis te werken. Dat lijkt me een prima compromis.” Maar haar baas was onvermurwbaar.
“Hij zei letterlijk: ‘Als ik je niet zie, weet ik niet wat je doet.’ Dat voelt echt alsof hij me niet vertrouwt.”
Die houding heeft een negatieve invloed op hoe ze haar werk ervaart.
“Ik voel me niet serieus genomen. Het lijkt wel alsof mijn productiviteit en inzet minder waard zijn, alleen omdat ik niet fysiek aanwezig ben. Dat is zó frustrerend.”
Ze merkt ook dat de starre regels het team niet ten goede komen. “Iedereen klaagt erover, maar niemand durft echt iets te zeggen. Het zorgt voor een soort spanning op de werkvloer. En dat is jammer, want we hebben een leuk team. Maar deze ouderwetse regel maakt dat mensen zich minder vrij voelen.”
Jonne ziet ook de bredere impact. “Kijk naar hoe de wereld veranderd is. Mensen willen meer flexibiliteit, en terecht. Het is niet meer van deze tijd om iedereen vijf dagen op kantoor te verplichten.
Bedrijven die dat nog steeds doen, lopen achter. Ik heb zelfs al collega’s horen zeggen dat ze weggaan als het zo blijft. Dat zou toch een wake-up call moeten zijn?”
Ondanks alles blijft Jonne hopen op verandering. “Ik denk dat het een kwestie van tijd is voordat mijn baas inziet dat thuiswerken niet het einde van de wereld is. Misschien moet hij gewoon een keer zien hoe goed het kan werken.
En eerlijk gezegd, als hij blijft vasthouden aan die ouderwetse mindset, weet ik niet hoe lang ik hier nog wil blijven.”
Voor Jonne is de balans tussen werk en privé essentieel. “Ik wil mijn werk goed doen en mijn best doen voor het bedrijf, maar ik wil ook tijd overhouden voor mezelf en de dingen die ik belangrijk vind. En thuiswerken is daarbij gewoon een enorme plus. Dat zou mijn baas toch ook moeten zien?”
Ze glimlacht even en zegt dan vastberaden: “Misschien is het tijd voor een nieuwe aanpak, of anders een nieuwe baan.”