Duurzaamheid is hot. In de supermarkt, bij kledingwinkels en zelfs bij auto’s: overal prijkt het label ‘duurzaam’ of ‘milieuvriendelijk’. Bedrijven strooien ermee alsof het de oplossing is voor al onze problemen. Maar hoe eerlijk is deze claim eigenlijk? Veel duurzame producten blijken in werkelijkheid helemaal niet zo goed voor het milieu als wordt beweerd. Je wordt keihard misleid, en vaak zonder dat je het doorhebt.
Greenwashing: de grote misleiding
Steeds meer bedrijven gebruiken duurzaamheid als marketingtruc. Dit fenomeen wordt ‘greenwashing’ genoemd: het laten lijken alsof een product of bedrijf milieuvriendelijk is, terwijl dat in de praktijk enorm tegenvalt.
Grote bedrijven maken handig gebruik van vage termen zoals ‘groen’, ‘eco-friendly’ en ‘klimaatneutraal’, zonder dat hier een stevige onderbouwing achter zit.
Een klassiek voorbeeld is de mode-industrie. Grote ketens hebben tegenwoordig allemaal een ‘conscious’- of ‘duurzame’ lijn.
Maar als je goed kijkt, zie je dat deze kleding vaak nog steeds gemaakt wordt van synthetische stoffen en geproduceerd wordt onder erbarmelijke omstandigheden. Een t-shirt van gerecycled polyester lijkt duurzaam, maar bij elke wasbeurt komen er microplastics vrij die in het milieu terechtkomen. Echt duurzaam? Niet bepaald.
Biologisch plastic: beter of gewoon een marketingtruc?
Plastic is een grote boosdoener als het om vervuiling gaat. Daarom lijken ‘biologisch afbreekbare’ of ‘composteerbare’ plastics een geweldige oplossing. Maar ook hier schuilt een grote misleiding.
Veel biologisch afbreekbaar plastic breekt namelijk alleen af onder specifieke omstandigheden, zoals in een industriële composteerinstallatie. Gooi je zo’n biologisch afbreekbare zak in de natuur?
Dan blijft hij net zo lang liggen als gewoon plastic. En wat gebeurt er als het in zee belandt? Juist, hetzelfde als normaal plastic: het vervuilt de oceanen en bedreigt het zeeleven.
Daarnaast is het productieproces van biologisch plastic vaak net zo vervuilend als dat van gewoon plastic. Het gebruik van landbouwgewassen zoals mais of suikerriet zorgt voor ontbossing en vereist veel water en energie.
Dus hoewel het misschien beter klinkt, is de impact op het milieu vaak helemaal niet zo positief als je zou denken.
Elektrische auto’s: echt schoner dan benzine?
Elektrische auto’s worden gepresenteerd als dé oplossing voor het klimaatprobleem. Geen uitstoot, stil en schoon. Maar is dat echt zo?
De waarheid is dat de productie van een elektrische auto juist veel meer CO₂-uitstoot veroorzaakt dan die van een benzine- of dieselauto. De accu’s bevatten zeldzame metalen zoals lithium en kobalt, die op een extreem vervuilende manier worden gewonnen.
Mijnbouw voor deze grondstoffen veroorzaakt grootschalige ontbossing, vervuilt waterbronnen en gaat vaak gepaard met schendingen van mensenrechten.
Bovendien is de elektriciteit die nodig is om de auto’s op te laden lang niet altijd groen. In Nederland komt een groot deel van de stroom nog steeds uit gas- en kolencentrales. Als je een elektrische auto oplaadt met grijze stroom, rijd je dus alsnog niet klimaatneutraal.
Fairtrade: goed bedoeld, maar werkt het?
Fairtrade-producten zijn populair bij consumenten die bewuster willen kopen. Koffie, chocolade, bananen – als het een Fairtrade-label heeft, voel je je als koper meteen beter. Maar garandeert dit label echt eerlijke handel?
In werkelijkheid ontvangen veel boeren die aan Fairtrade meedoen nog steeds een extreem laag loon. Het keurmerk zorgt er niet automatisch voor dat arbeiders een goed salaris krijgen of dat ze onder fatsoenlijke omstandigheden werken.
Daarnaast is de certificering vaak duur, waardoor kleine boeren er geen gebruik van kunnen maken.
Bovendien betekent Fairtrade niet automatisch dat een product milieuvriendelijk is. Een Fairtrade-kopje koffie kan nog steeds gepaard gaan met grootschalige ontbossing en watervervuiling.
Het is dus een mooi idee, maar zeker geen garantie voor duurzaamheid.
Supermarkten en ‘duurzame’ verpakkingen
Veel supermarkten pakken uit met duurzame verpakkingen. Kartonnen rietjes, papieren zakken en biologisch afbreekbare bakjes: het lijkt allemaal een stap in de goede richting. Maar hoe duurzaam zijn deze alternatieven echt?
Papieren rietjes kunnen bijvoorbeeld moeilijk gerecycled worden en bevatten vaak een plastic coating om ze waterdicht te maken. Hierdoor belanden ze alsnog bij het restafval.
Ook kartonnen verpakkingen worden soms als duurzaam gepresenteerd, terwijl de productie ervan juist meer water en energie kost dan plastic.
En dan zijn er nog de producten die zogenaamd milieuvriendelijk verpakt zijn, maar waarbij de inhoud juist extreem vervuilend is.
Denk aan biologisch afbreekbare plastic flessen gevuld met frisdrank vol suikers en chemische stoffen. Duurzaam? Nauwelijks.
Wat kun je als consument doen?
Hoewel bedrijven je vaak misleiden met groene marketingtrucs, betekent dit niet dat je machteloos staat.
– Wees kritisch op labels en claims. Kijk verder dan de verpakking en zoek uit of een product echt duurzaam is.
– Vermijd wegwerpplastic. Of het nu biologisch afbreekbaar is of niet, minder plastic gebruiken is altijd beter.
– Koop minder en kies bewust. Duurzaamheid begint bij minder consumeren. Koop alleen wat je echt nodig hebt en kies voor kwaliteit in plaats van kwantiteit.
– Steun kleine, lokale bedrijven. Grote merken gebruiken vaak duurzaamheid als marketingtruc, terwijl kleine ondernemers écht bewuste keuzes maken.
– Gebruik je spullen langer. Van kleding tot elektronica: hoe langer je iets gebruikt, hoe minder impact het heeft op het milieu.
Conclusie: trap niet in de duurzame leugens
Duurzaamheid is een populair verkooppraatje, maar niet alles wat als ‘groen’ wordt gepresenteerd, is ook echt beter voor het milieu.
Greenwashing is overal, van supermarkten tot autofabrikanten. Bedrijven spelen slim in op het schuldgevoel van de consument, terwijl de impact van hun ‘duurzame’ producten vaak te verwaarlozen is – of zelfs schadelijk.
Wil je echt bijdragen aan een betere wereld? Dan is kritisch nadenken belangrijker dan klakkeloos vertrouwen op mooie labels en marketingbeloftes. Want als iets te mooi klinkt om waar te zijn, is dat het meestal ook.