Het klinkt bijna onmenselijk, maar het is werkelijkheid: Kevin Donnellon, een 58-jarige man geboren zonder armen of benen, werd het afgelopen jaar tot drie keer toe verplicht om te bewijzen dat hij niet kan werken.
Hij moest telkens een uitgebreid formulier van maar liefst 24 pagina’s invullen, om zijn recht op uitkeringen te behouden.
Kevin, afkomstig uit Crosby bij Liverpool, is een van de slachtoffers van het thalidomide-schandaal. In de jaren ’50 en ’60 werden duizenden baby’s geboren met ernstige afwijkingen, waaronder ontbrekende of misvormde ledematen, als gevolg van het medicijn thalidomide – destijds voorgeschreven aan zwangere vrouwen tegen ochtendmisselijkheid. Van de ongeveer 2.000 getroffen baby’s in het Verenigd Koninkrijk zijn er minder dan 500 die vandaag de dag nog leven.
Steeds opnieuw hetzelfde moeten bewijzen
Ondanks zijn zware fysieke beperkingen, waaronder het volledig ontbreken van ledematen, moet Kevin herhaaldelijk bewijzen dat hij niet in staat is om te werken.
In 2019 alleen al kreeg hij drie aparte verzoeken om vragenlijsten in te vullen: een voor de overstap van Disability Living Allowance (DLA) naar Personal Independence Payment (PIP), en twee ‘capability for work’-formulieren in het kader van de overgang naar Universal Credit.
Volgens Kevin zijn deze formulieren niet alleen tijdrovend, maar ook enorm indringend en vernederend. “Het voelt alsof ik elk detail van mijn leven moet blootgeven, terwijl mijn situatie niet verandert. Mijn armen en benen zijn niet ineens teruggegroeid,” zei hij in een interview. Daarbij wees hij erop dat hij al 15 jaar niet meer heeft kunnen werken vanwege zijn fysieke toestand.
Extra pijnlijk: derde formulier viel op eerste kerstdag
Alsof de situatie nog niet schrijnend genoeg was, kreeg Kevin het derde formulier precies op 25 december, eerste kerstdag, binnen. “Het voelde bijna als een trap na. Alsof ze me willen straffen. Je verwacht op z’n minst een beetje menselijkheid rond de feestdagen,” aldus Kevin.
Naast zijn aangeboren beperkingen kampt hij ook met ernstige rugklachten door jarenlang gebruik van kunstbenen en heeft hij diabetes type 2. De constante stress rondom de herbeoordelingen zorgt bovendien voor extra psychische belasting.
Frustratie over een gebrekkig systeem
Volgens Kevin lijkt de Britse overheid mensen met een beperking actief te benadelen. “Het systeem voelt alsof het ontworpen is om mensen zoals ik te ontmoedigen. Je zou denken dat ze na zoveel jaar mijn medische gegevens wel zouden kennen, maar blijkbaar niet.”
Zijn verhaal is helaas niet uniek. In het Verenigd Koninkrijk zijn de afgelopen jaren meerdere gevallen bekend geworden van mensen met ernstige, ongeneeslijke aandoeningen die toch door het Department for Work and Pensions (DWP) werden opgeroepen voor herbeoordelingen. In sommige gevallen leidde dat tot schrijnende fouten waarbij mensen hun uitkering onterecht kwijtraakten.
Reactie van de overheid
In een officiële verklaring liet het DWP weten dat de herbeoordelingen onderdeel zijn van de overgang van oudere uitkeringen naar het nieuwe systeem. Daarbij zouden mensen met levenslange aandoeningen uiteindelijk slechts een “lichte beoordeling” eens per tien jaar hoeven ondergaan.
In het geval van Kevin werd toegegeven dat hij nu recht heeft op een zogenoemde “light-touch review” voor zijn PIP-uitkering en dat zijn aanvraag voor Employment and Support Allowance (ESA) inmiddels als “onbepaalde tijd goedgekeurd” is. Maar dat biedt hem weinig troost na drie herhaalde, stressvolle rondes van papierwerk in één jaar tijd.
Meer kritiek op beleid: uitspraken over mensen met beperkingen
Kevin’s situatie kwam naar voren in een periode waarin er al veel ophef was over het beleid rondom mensen met een beperking in het Verenigd Koninkrijk. Een controversiële uitspraak van een Conservatieve kandidaat tijdens een verkiezingsdebat haalde eerder dat jaar de headlines.
De politicus stelde dat mensen met een verstandelijke beperking minder dan het minimumloon zouden mogen verdienen, omdat ze “toch geen geld begrijpen”. Deze opmerking veroorzaakte terecht veel woede en voedde het gevoel dat mensen met een beperking structureel worden achtergesteld.
Waarom dit verhaal belangrijk is
Het verhaal van Kevin Donnellon legt een pijnlijke waarheid bloot: hoe moeilijk het systeem het maakt voor mensen met duidelijke, permanente beperkingen om simpelweg te leven met waardigheid.
Dat iemand die zonder ledematen is geboren meerdere keren per jaar moet aantonen dat hij niet kan werken, laat zien hoe bureaucratie soms voorbijgaat aan gezond verstand én medemenselijkheid.
De roep om hervorming van het uitkeringsstelsel klinkt steeds luider. Veel organisaties pleiten voor een menselijker beleid, waarbij langdurig zieke of gehandicapte mensen niet voortdurend opnieuw moeten bewijzen dat hun situatie nog steeds ernstig is. Zeker in gevallen waar er medisch geen vooruitgang mogelijk is, zouden vaste toekenningen logischer en minder belastend zijn.
Wat moet er veranderen?
Het is tijd voor een benadering waarin vertrouwen en waardigheid centraal staan. Mensen als Kevin moeten niet telkens in een verdedigingspositie worden geplaatst om hun bestaansrecht aan te tonen. Herbeoordelingen moeten proportioneel zijn, met ruimte voor nuance en menselijkheid. En bovenal moet het systeem erkennen dat sommige situaties, zoals die van Kevin, blijvend zijn – en geen constante controle vereisen.
Zolang het systeem mensen met een beperking blijft behandelen alsof ze constant verdacht zijn van misbruik, blijft het tekortschieten. Kevin’s ervaring is een wake-up call. Niet alleen voor beleidsmakers, maar voor iedereen die gelooft in een eerlijke en empathische samenleving.
Bron: Metro