Het is 18 oktober 2022 als een ambulance wordt opgeroepen naar een woning in Gouda. Daar zou een verwarde man zich hebben verschanst op zolder.

Een standaard melding, zou je denken. Maar wat zich vervolgens afspeelt, laat diepe littekens achter – letterlijk én figuurlijk – bij een hulpverlener die gewoon zijn werk deed.
Verwarde man op zolder
De man op zolder is de 68-jarige Joop de B., omschreven door het Openbaar Ministerie als “ernstig ziek, schizofreen en verward”. De ambulancechauffeur probeert op die bewuste dag contact met hem te maken.
Hij roept vriendelijk naar boven, stelt zich voor en benadrukt dat hij alleen maar wil helpen. Maar er komt geen antwoord. Wanneer hij voorzichtig het zolderluik een halve meter opent, gebeurt het ondenkbare: Joop gooit zonder enige waarschuwing een plens kokend water over de hulpverlener heen.
Brandwonden, trauma en kapotte toekomst
Het slachtoffer loopt tweede- en derdegraads brandwonden op aan zijn hals, schouder, arm en bovenlichaam. Maar de zichtbare wonden zijn slechts een deel van de schade. “Sindsdien is alles kapot in mijn leven”, verklaarde de man onlangs tijdens de rechtszaak.
“Ik heb PTSS, slaap slecht, heb angst- en paniekaanvallen. Mijn vrouw moest haar praktijk opgeven om voor mij te zorgen. Mijn hele bestaan is veranderd, en niet omdat ik een fout maakte – maar omdat ik iemand wilde helpen.”
“Why the f*ck me?”
De emotionele verklaring die hij aflegde in het Haagse gerechtshof laat zien hoe diep de impact is. “Je stond klaar met kokend water. Je gooide zonder aarzeling.
En sindsdien is niets meer hetzelfde.” De broeder kreeg geen hulp van zijn werkgever, verloor uiteindelijk zijn baan na een uitspraak van het UWV, en moest zelf zijn weg zien te vinden in het doolhof van fysieke en mentale schade. “Ik was letterlijk verbrand, maar moest alles zelf opruimen.”
Joop de B.: verward en zonder inzicht
De dader zelf, Joop de B., toonde weinig begrip voor wat hij had aangericht. Tijdens de zitting haalde hij onsamenhangende verhalen aan, sprak over een vrachtwagenongeluk uit het verleden en begon op een gegeven moment zelfs over de aanslag op de Twin Towers.
Op de vraag of hij spijt had, kwam geen duidelijk antwoord. Wel gaf hij toe dat het een “voltreffer” was geweest. “Ik dacht dat het iemand uit de buurt was. Ik wist niet dat het een ambulancemedewerker was.”
Medische conclusies: gevaarlijk zonder medicatie
Volgens psychiaters van het Pieter Baan Centrum lijdt De B. aan schizofrenie met waanbeelden. Ze achten de kans op herhaling matig tot hoog, vooral als hij stopt met zijn medicatie – iets wat hij in het verleden regelmatig deed.
Omdat hij zelf niet goed inziet waarom hij die medicatie nodig heeft, luidt het oordeel: tbs met dwangverpleging. Alleen zo kan worden voorkomen dat hij opnieuw gevaarlijk gedrag vertoont.
TBS of voorwaarden?
Zijn advocaat pleitte voor tbs met voorwaarden, omdat het momenteel redelijk gaat met De B. in de psychiatrische gevangenis in Vught.
Maar volgens het Openbaar Ministerie is dat geen optie. Er zou dan geen garantie zijn dat hij zijn medicatie blijft innemen. “Hij begrijpt zijn eigen ziekte nauwelijks, laat staan dat hij zelf verantwoordelijk kan zijn voor zijn behandeling.”
Schrijnend slotwoord
In zijn laatste woord tijdens de zitting zei Joop: “Ik ben niet ruw behandeld. Als die meneer wil dat ik bij hem langskom of zo? En als ik 15.000 euro had, mocht hij het hebben als doekje voor het bloeden.” Een reactie die opnieuw aantoont dat er weinig besef is van de ernst van zijn daad.
Waarom hoger beroep?
Voor het slachtoffer is het vooral belangrijk dat het eindelijk stopt. “Waarom moest ik nog jarenlang hiermee bezig zijn door dit onnodige hoger beroep? Mijn waardigheid is me afgepakt, mijn toekomst is me ontnomen. Door jou.”
Oordeel volgt
Over twee weken volgt het definitieve oordeel van het hof. Voor de ambulancebroeder zal dat misschien een klein stukje afsluiting brengen, al is het duidelijk dat de wonden – zowel lichamelijk als psychisch – voorlopig nog niet zijn geheeld.
Geweld tegen hulpverleners: dit moet stoppen
Deze zaak laat opnieuw zien hoe kwetsbaar hulpverleners zijn in hun werk. Ze stappen situaties in die voor buitenstaanders soms gevaarlijk lijken, maar voor hen dagelijkse realiteit zijn.
Dat een simpele hulpvraag kan omslaan in een gewelddadige aanval met kokend water, is schokkend. En roept opnieuw de vraag op: hoe zorgen we ervoor dat mensen die zich inzetten voor anderen, wél veilig hun werk kunnen doen?
Het incident met Joop de B. staat niet op zichzelf; het is een pijnlijk voorbeeld van het groeiende probleem van geweld tegen hulpverleners in Nederland. Ambulancepersoneel, politieagenten en brandweerlieden worden steeds vaker geconfronteerd met agressie terwijl ze juist komen om te helpen.
Het trauma dat dit bij slachtoffers veroorzaakt, is immens – zowel lichamelijk als mentaal. In dit geval ging het om kokend water, maar de gevolgen zijn blijvend.
Het roept de vraag op of er voldoende bescherming is voor deze mensen die hun leven wijden aan het redden van dat van anderen. Verdienen zij niet méér veiligheid en waardering?
Bron: Omroep West





