Toen de euro in 2002 werd ingevoerd, werd deze gepresenteerd als hét middel om handel te vergemakkelijken en prijsstabiliteit te waarborgen.

Burgers konden reizen zonder telkens geld te wisselen en bedrijven profiteerden van een sterkere interne markt.
Toch leeft sinds de invoering bij veel Nederlanders het gevoel dat het leven sindsdien flink duurder is geworden.
Uit recente analyses blijkt dat dit gevoel niet uit de lucht gegrepen is: sinds de introductie van de euro zijn de prijzen in Nederland gemiddeld met maar liefst 81 procent gestegen.
Hoe wordt dat gemeten?
Economische onderzoekers kijken naar de inflatiecijfers en prijsontwikkelingen over een langere periode.
Daarbij worden de prijzen van dagelijkse producten en diensten onder de loep genomen. Denk aan boodschappen, huur, energie en accijnzen.
Wanneer deze over tientallen jaren worden vergeleken, ontstaat een duidelijk beeld: waar je begin jaren 2000 nog relatief goedkoop kon rondkomen, kost hetzelfde levensonderhoud tegenwoordig bijna het dubbele.
Boodschappen steeds duurder
Een van de meest zichtbare voorbeelden van prijsstijgingen is de supermarkt. Producten die ooit als betaalbaar werden gezien, zijn nu een stuk duurder geworden.
Basisartikelen zoals brood, zuivel en groenten zijn flink in prijs gestegen.
Daarnaast spelen hogere belastingen, logistieke kosten en energielasten een rol. Voor consumenten voelt dit direct in de portemonnee: het wekelijkse boodschappenlijstje kost simpelweg veel meer dan twintig jaar geleden.
Belastingen en accijnzen
Een belangrijke factor achter de prijsstijgingen is het Nederlandse belastingbeleid. In vergelijking met andere landen binnen de eurozone zijn de accijnzen op bijvoorbeeld brandstof, alcohol en tabak relatief hoog.
Ook de btw-verhogingen van de afgelopen jaren hebben hun effect gehad op de prijzen. Elke keer dat de btw stijgt, schuift de rekening door naar de consument.
Energie en woonlasten
Niet alleen boodschappen zijn duurder geworden, ook vaste lasten drukken steeds zwaarder op huishoudens.
Energieprijzen zijn de afgelopen decennia sterk gestegen, mede door internationale spanningen en de overgang naar duurzamere bronnen. Daarnaast is wonen in Nederland fors duurder geworden.
Huurprijzen zijn in veel steden nauwelijks nog betaalbaar voor starters en koopwoningen bereiken recordhoogtes. Deze factoren versterken het gevoel dat het leven voor veel Nederlanders minder betaalbaar is geworden.
De rol van de Europese Centrale Bank
De Europese Centrale Bank (ECB) heeft sinds de invoering van de euro een belangrijke rol gespeeld in het beleid rondom rente en inflatie. Waar de ECB probeert de inflatie rond de 2 procent te houden, is dat in de praktijk niet altijd gelukt.
In tijden van economische crisis of pandemie werd de geldkraan opengezet om economieën te stimuleren. Dat beleid zorgde indirect voor prijsstijgingen, die ook in Nederland voelbaar zijn.
Verarming van de middenklasse
De stijging van 81 procent in prijzen vertaalt zich voor veel gezinnen naar een duidelijke achteruitgang in koopkracht.
Terwijl salarissen wel zijn gestegen, is dit vaak niet in hetzelfde tempo gegaan als de kosten van levensonderhoud.
Vooral de middenklasse merkt dat het moeilijker wordt om rond te komen. Het idee dat werken altijd loont, staat daardoor onder druk.
Vergelijking met andere landen
Nederland staat niet alleen in deze ontwikkeling. Ook in andere landen binnen de eurozone zijn prijzen gestegen. Toch valt op dat Nederlandse consumenten extra hard geraakt worden door het nationale beleid.
Waar sommige landen lagere btw-tarieven hanteren op eerste levensbehoeften, kiest Nederland vaak voor verhogingen die juist de alledaagse uitgaven duurder maken. Dat maakt het verschil met buurlanden zichtbaar.
Politieke keuzes en gevolgen
De opeenstapeling van belastingmaatregelen en prijsstijgingen heeft veel te maken met politieke keuzes.
Regeringen hebben in de afgelopen decennia vaak gekozen voor het verhogen van accijnzen en het verminderen van subsidies.
Dit leverde de schatkist extra inkomsten op, maar zette tegelijkertijd de koopkracht van burgers onder druk. Kritische economen stellen dat dit beleid de inflatie juist aanwakkert in plaats van afremt.
Wat betekent dit voor de toekomst?
De verwachting is dat prijzen in de komende jaren niet snel zullen dalen. De overgang naar een duurzame economie, de woningnood en internationale onzekerheden blijven druk uitoefenen op de inflatie.
Wel wordt er steeds meer gesproken over maatregelen om de koopkracht te beschermen, zoals belastingverlagingen of gerichte subsidies. De vraag is echter of dit voldoende zal zijn om de trend van steeds duurdere levensonderhoudskosten te keren.
Hoe kunnen gezinnen zich wapenen?
Veel huishoudens proberen de prijsstijgingen op te vangen door bewuster met hun uitgaven om te gaan.
Besparen op energie, meer letten op aanbiedingen in de supermarkt of overstappen naar goedkopere alternatieven zijn strategieën die steeds vaker worden toegepast.
Toch lost dit het structurele probleem niet op. Zolang de algemene prijsniveaus blijven stijgen, wordt het moeilijk om dezelfde levensstandaard vast te houden.
Conclusie: de euro en ons dagelijks leven
Sinds de komst van de euro is het dagelijks leven in Nederland flink duurder geworden. Een stijging van 81 procent in de prijzen laat zien dat de zorgen van veel consumenten terecht zijn.
De combinatie van hogere belastingen, dure energie en stijgende woonlasten maakt dat steeds meer mensen het gevoel hebben achteruit te gaan.
De invoering van de euro bracht destijds de belofte van stabiliteit en eenvoud, maar twee decennia later lijkt de balans voor veel Nederlanders anders uit te pakken.
De uitdaging voor politiek en beleid ligt nu in het herstellen van vertrouwen en het creëren van een economie waarin iedereen kan meedelen.
Alleen dan kan Nederland ervoor zorgen dat vooruitgang niet langer gelijkstaat aan hogere kosten, maar aan meer welvaart voor alle burgers.
Bron: Indepennl





