Bart, een 36-jarige man uit Amsterdam, heeft het er maar moeilijk mee als hij met zijn koffer in de trein zit. Het lijkt wel alsof mensen geen oog hebben voor het feit dat hij zijn bagage naast zich heeft liggen. “Ik snap echt niet waarom mensen naast me komen zitten.
Die koffer is een duidelijk teken dat ik die plek voor mezelf hou,” zegt hij met een frons. Het gedrag van anderen ervaart hij als onbeschoft en dat frustreert hem enorm.
Treinreizen zijn voor Bart niet alleen noodzakelijk, maar ook een kans om even bij te tanken. Wanneer hij met zijn koffer reist, is dat meestal voor werk of een weekendje weg.
Als drukke professional waardeert hij elke minuut in de trein om te relaxen of zijn gedachten op een rijtje te zetten. “Dat is mijn tijd, en ik wil die voor mezelf houden,” legt hij uit. Maar als iemand naast hem komt zitten, voelt hij meteen dat zijn persoonlijke ruimte in het gedrang komt.
“Het is niet alleen dat ze naast me gaan zitten; het lijkt wel alsof ze totaal niet in de gaten hebben dat ik probeer te signaleren dat ik mijn rust wil.”
Bart herinnert zich een specifieke reis naar een conferentie in Utrecht. Hij had een lange dag voor de boeg en was blij dat hij vroeg in de trein kon zitten. Met zijn koffer, vol belangrijke documenten en zijn laptop, installeerde hij zich comfortabel en zette zijn koptelefoon op.
“Ik dacht dat ik een paar uurtjes ongestoord kon werken,” vertelt hij terwijl hij zich zichtbaar ergert aan de herinnering. Maar toen kwam er een man binnen die alleen maar naar Bart’s plek leek te kijken. Er waren nog genoeg lege stoelen in de coupé, maar deze man koos ervoor om zich naast Bart te voegen. “Ik kon het echt niet geloven. Hebben mensen geen ogen? Mijn koffer ligt daar toch duidelijk om te zeggen dat die stoel bezet is?”
Die man had totaal geen idee van Bart’s irritatie. Hij leek relaxed en begon zelfs een praatje. “Ik was daar helemaal niet voor, ik wilde gewoon werken,” vertelt Bart. Al snel merkte hij dat zijn concentratie naar de knoppen was. “Het was zo frustrerend om al zijn verhalen te horen terwijl ik echt gewoon mijn werk wilde doen.” De man had geen flauw idee dat hij Bart’s hele rit verknalde, en dat maakte het voor Bart nog ongemakkelijker.
Bart begrijpt niet waarom mensen zo onbeschoft zijn. “Het lijkt wel of iedereen tegenwoordig steeds egoïstischer wordt. Ze denken niet na over hoe hun acties anderen beïnvloeden.” Dit gedrag is niet alleen iets wat hij in de trein meemaakt; het is een bredere trend in de maatschappij.
“We leven in een tijd waarin iedereen maar met zijn eigen leven bezig is, maar dat betekent niet dat we de basisregels van respect voor elkaar kunnen vergeten.”
Af en toe probeert Bart het anders aan te pakken. “Soms probeer ik een beetje te glimlachen, als een soort van hint dat ik opensta voor een praatje, maar dat blijft altijd een beetje tricky,” zegt hij.
Hij is zich ervan bewust dat niet iedereen zit te wachten op een gesprek. Het is een kwestie van timing en context. “Soms heb ik echt zin in een gesprek, maar andere dagen wil ik gewoon lekker mijn eigen ding doen. En dat zou eigenlijk gewoon moeten kunnen.”
Bart is trouwens niet de enige die dit frustrerende fenomeen opmerkt. Veel reizigers hebben soortgelijke ervaringen in het openbaar vervoer.
Het lijkt wel alsof de goede manieren een beetje verloren zijn gegaan. “Misschien is het tijd dat we allemaal eens bij onszelf te rade gaan en rekening houden met de ruimte van anderen,” zegt hij.
“Ik hoop echt dat mensen zich wat meer bewust worden van hun omgeving en de signalen die anderen uitzenden. Iedereen heeft het recht om zich op zijn gemak te voelen tijdens een reis.”
Bart’s frustratie is dus meer dan alleen zijn eigen ervaring; het is een oproep tot meer begrip en respect in de samenleving. “Laten we allemaal wat meer rekening houden met elkaar. Het zou het openbaar vervoer een stuk aangenamer maken.”
Voor Bart blijft de hoop dat reizigers in de toekomst wat beter letten op de signalen van hun medepassagiers, zodat iedereen kan genieten van een comfortabele en relaxte reis.