Het lijkt erop dat de winter dit jaar vroeg zijn intrede doet in Nederland en België. Waar november normaal gesproken nog vaak zachte herfsttemperaturen kent, wijzen de weerkaarten nu op een winterse verrassing vanaf de tweede helft van de maand. Vooral rond 20 november wordt de kans op koude nachten, vorst, en mogelijk zelfs sneeuwval steeds groter.
Wat betekent dit voor Nederland en België? In dit artikel nemen we een kijkje naar de weersverwachtingen, de oorzaken van deze koudegolf, en de voorwaarden die vervuld moeten worden om van een echt winterlandschap te kunnen spreken.
Meteorologen hebben de afgelopen dagen een duidelijke verandering in de luchtstromen boven Noordwest-Europa waargenomen. De verwachting is dat er een ijskoude luchtmassa vanuit de regio rond Spitsbergen onderweg is naar onze contreien.
Op een hoogte van zo’n vijf kilometer worden temperaturen van -40 graden Celsius gemeten, een extreem koude luchtlaag die normaal gesproken ver boven de Noordpool blijft hangen. Maar door een afwijkend patroon in de luchtstromen kan deze koude lucht tot bij ons geraken, wat kan zorgen voor een scherpe temperatuurdaling in de Lage Landen.
Tijdens de reis naar het zuiden warmt deze poollucht wel iets op door het relatief milde zeewater van de Noordzee. Toch blijft de kern van deze luchtstroom extreem koud, vooral op grote hoogte, en dit kan leiden tot flinke afkoeling zodra deze luchtmassa dichterbij komt.
De vooruitzichten voor sneeuw zijn met name rond 20 november het grootst. Toch hangen de daadwerkelijke sneeuwkansen af van enkele belangrijke factoren.
De koude lucht moet niet alleen Nederland en België bereiken, maar zich ook zodanig concentreren dat er een lagedrukgebied ontstaat waarin de koude lucht als het ware wordt ‘gevangen’. Pas als dit gebeurt, worden de omstandigheden ideaal voor sneeuwval.
Deze zogenaamde lagedrukgebieden, vaak ‘sneeuwbuienkernen’ genoemd, creëren de omstandigheden voor sneeuwval omdat de koude lucht door deze weersystemen beter naar het aardoppervlak wordt geleid. Zodra dit gebeurt, is de kans op sneeuw aanwezig, zeker in de binnenlanden van Nederland en België waar de invloed van de Noordzee wat minder sterk is.
Door de milde invloed van de Noordzee blijft Nederland over het algemeen iets warmer dan bijvoorbeeld Duitsland, waar koudegolven vaker voorkomen en sneeuwval normaler is in het najaar. Toch betekent dit niet dat Nederland gevrijwaard blijft van kou en sneeuw.
Ook al zorgt het zeewater voor een licht verwarmend effect, de koude luchtmassa die nu verwacht wordt, is sterk genoeg om dit deels te compenseren. Dit maakt het voor Nederlandse wintersportliefhebbers spannend, vooral gezien de kans op vroege sneeuwval.
België, dat minder afhankelijk is van de invloed van de Noordzee dan Nederland, heeft mogelijk een iets grotere kans op sneeuw. De Ardennen, met hun hogere ligging en bergachtige terrein, zouden een van de eerste regio’s kunnen zijn die bedekt worden onder een dun laagje sneeuw.
Wat deze koudegolf extra bijzonder maakt, is de invloed van de straalstroom. Normaal gesproken zorgt de straalstroom – een krachtige wind op grote hoogte die van west naar oost waait – voor een stabieler weerpatroon, waarbij zachte zeelucht van de Atlantische Oceaan het Europese vasteland bereikt.
Echter, deze keer zien we een zwakkere straalstroom die afwijkt van zijn gebruikelijke pad. In plaats van een west-oostelijke richting, buigt de straalstroom nu af en opent zo de deur voor koude lucht uit het noorden om richting Noordwest-Europa te stromen.
Deze afwijking in de straalstroom is ongewoon, en het verklaart waarom we nu kans maken op een vroege koudegolf. Meteorologen houden de ontwikkelingen rondom de straalstroom nauwlettend in de gaten, omdat deze de komende weken bepalend zal zijn voor de winterse kansen in Nederland en België.
Ook in november 2023 kregen we te maken met een vroege koudegolf, hoewel deze slechts enkele dagen duurde. De kans bestaat dat ook deze koudere periode in 2024 van korte duur zal zijn, mogelijk slechts een week, voordat de temperatuur weer omhoog gaat.
De zachte herfst die we dit jaar gehad hebben, maakt een scherpe koudegolf des te opvallender. Toch zijn er volgens experts belangrijke verschillen ten opzichte van vorig jaar, met name door de veranderende luchtstromen en de afwijking in de straalstroom.
Hoewel het nog te vroeg is om zeker te weten hoe koud het zal worden en of we daadwerkelijk sneeuw krijgen, lijkt het er sterk op dat de Lage Landen een vleugje winter kunnen verwachten. Mocht de koudegolf standhouden, dan kunnen we uitzien naar vorstnachten en mogelijk een sneeuwlaagje, vooral in de oostelijke en zuidelijke delen van Nederland en in de hogere delen van België.
De komende weken zullen doorslaggevend zijn voor de weersverwachting, maar wie weet komt er rond 20 november al een eerste winterse verrassing. Voor iedereen die hoopt op een winters tafereel, blijft het afwachten, maar de vooruitzichten zijn gunstig voor een kortstondige, vroege winterperiode.
Met de afkoeling op komst en de verhoogde kans op sneeuw, lijkt november 2024 een maand te worden met verrassende weersomstandigheden.
De koude luchtstroom uit het hoge noorden, de invloed van de afzwakkende straalstroom, en de mogelijkheid tot lagedrukgebieden in onze regio’s zorgen ervoor dat winterweer een realistische optie wordt in de Lage Landen. Of dit slechts een tijdelijke koudegolf zal zijn