Ronnie, 59 jaar, zit vaak met een onrustig gevoel voor de tv, de krant of op zijn stoel in de woonkamer. “Ik maak me echt zorgen over de toekomst van Nederland,” zegt hij met een bezorgde blik, terwijl hij zijn handen door zijn grijze haar haalt.
“Het lijkt wel alsof alles sneller en sneller achteruit gaat. De politiek, het milieu, de sociale zekerheid… het is gewoon niet meer hetzelfde als vroeger.”
Hij leunt even achterover in zijn stoel en kijkt door het raam, waar de straat rustig en ongestoord lijkt. “Je ziet het al op het nieuws elke dag. De boel lijkt steeds meer uit elkaar te vallen.
De mensen komen niet meer samen, de verschillen worden groter, en iedereen kijkt alleen maar naar zijn eigen belang.” Ronnie heeft altijd het gevoel gehad dat Nederland een stabiele plek was om te leven, maar de laatste jaren is dat gevoel steeds meer verwaterd.
“Het is zo jammer, want ik ben opgegroeid in een tijd dat Nederland een voorbeeldland was. Iedereen had werk, iedereen had zekerheid en er was altijd wel iemand bereid om je een hand te helpen. Nu lijkt dat allemaal in een razend tempo te verdwijnen.”
Wat Ronnie vooral zorgen baart, is de politiek. “De verdeeldheid is enorm geworden. Je kunt niet meer zeggen wat je denkt zonder dat iemand je meteen afmaakt. En de politici, die doen eigenlijk niets.
Ze schuiven alles voor zich uit, maken beloftes die ze niet waarmaken, en ondertussen blijft het gewone volk achter. Ik heb altijd hard gewerkt, altijd gedaan wat ik moest doen, maar nu voel ik me soms echt onzichtbaar.” Ronnie herinnert zich nog goed de tijd waarin politieke partijen samenwerkten voor het goede van het land.
“Ik ben in de tijd opgegroeid waarin er nog echt gezocht werd naar compromissen. Nu is het vooral schreeuwen en elkaar afvallen. Dat is niet goed voor Nederland.”
Naast de politieke situatie is Ronnie ook bezorgd over de toekomst van het milieu. “Het klimaat verandert, de natuur wordt kleiner, de lucht wordt viezer, en wat doen we eraan? Niets. We zeggen allemaal wel dat we er iets aan moeten doen, maar ondertussen verandert er niks.
Mijn generatie had nog wel echt de luxe van schoon water, een gezond milieu en goede voorzieningen. Maar de jongeren nu hebben een hele andere wereld voor zich. Ik vraag me echt af of Nederland het klimaatprobleem nog kan oplossen als we zo doorgaan.”
Ook de sociale zekerheid maakt Ronnie ongerust. “Vroeger had je zekerheid. Je werkte, je betaalde je belasting, en je wist dat je zorg, pensioen en een uitkering goed geregeld waren. Maar nu? Het is allemaal onzeker.
Wat gebeurt er als ik straks niet meer kan werken? Wat gebeurt er met de zorg? Wat als ik ziek word of iets ernstigs krijg? Ik maak me gewoon zorgen over de toekomst van mensen die het minder goed hebben, die geen buffer hebben opgebouwd.”
Ronnie heeft jarenlang als leraar gewerkt en een goed pensioen opgebouwd, maar hij denkt vaak aan de jongeren die het nu moeilijker hebben. “Mijn kleinkinderen groeien op in een wereld waar werk niet vanzelfsprekend is. Ze moeten harder strijden voor een goede baan, en de sociale voorzieningen zijn veel minder. Dat breekt mijn hart, echt waar.”
Hij voelt zich soms zelfs machteloos. “Als je het nieuws leest, lijkt het allemaal te groot om iets aan te doen. De overheid zegt wel dat ze bezig zijn met oplossingen, maar wat merken we daar nou van?
Elke keer als je denkt dat er verandering komt, komt er weer een nieuwe crisis. De ene na de andere, en het lijkt wel of niemand een oplossing heeft. Wat gaan we straks doen? Wat gebeurt er met Nederland als we zo doorgaan?”
En dan is er de vraag over de multiculturele samenleving. “Ik vind dat we allemaal een beetje van elkaar kunnen leren, maar soms heb ik het gevoel dat we de controle kwijt raken. Nederland was altijd een land van tolerantie, van openheid, maar nu zie je steeds meer verdeeldheid.
In plaats van samen te werken, gaan we steeds verder uit elkaar. En dat zorgt voor een onbehagen, zeker bij mij. Als ik de straat op ga, zie ik overal invloeden van andere culturen, en dat is prima, maar het lijkt alsof we het oude Nederland langzaam kwijtraken.”
Ronnie kijkt nog even naar buiten. “Vroeger dacht ik nooit na over dit soort dingen. Nederland was gewoon het land van vrijheid, werk, en zekerheid.
Maar nu maak ik me zorgen. Waar gaat het naartoe? Als we niet snel wat veranderen, denk ik echt dat we onszelf in de voet schieten. Mijn generatie heeft het nog goed gehad, maar ik weet niet of de generatie na ons hetzelfde kan zeggen. En dat is iets wat me echt zorgen baart.”
Zijn zorgen over de toekomst van Nederland zijn dus allesomvattend: van de politiek tot het milieu, van de sociale zekerheid tot de multiculturele samenleving. Alles lijkt in beweging, maar volgens Ronnie gaat het niet de goede kant op.
“Ik ben gewoon bang dat we te laat zijn om iets te doen. Nederland was altijd een voorbeeld voor andere landen, maar dat zie ik nu niet meer. Het zou zonde zijn als we alles wat we hebben opgebouwd verloren zouden zien gaan.”
Terwijl Ronnie zijn verhaal vertelt, is het duidelijk dat zijn zorgen diep gaan. “Ik wil gewoon dat Nederland weer een plek wordt waar iedereen goed kan leven, waar de toekomst veilig is voor de volgende generaties. Maar daarvoor moeten we allemaal samen aan de slag. En dat lijkt nu precies het probleem: we doen het niet. En dat maakt me bang.”