Els, een 38-jarige moeder, heeft onlangs een storm van reacties ontvangen nadat ze haar kind een kus op de mond gaf. In haar ogen een liefdevolle daad, maar voor anderen ongepast. Het zette haar aan het denken over de culturele en persoonlijke verschillen die verbonden zijn aan zulke intieme momenten tussen ouder en kind.
Els vertelt: “Het was iets waar ik niet eens bij stilstond. Mijn kind kwam naar me toe, ik boog voorover en gaf een kus. Zoals ik dat altijd doe. Maar toen ik om me heen keek, zag ik de reacties. Sommige mensen keken weg, anderen fronsten hun wenkbrauwen. Ik kreeg zelfs later van een paar vrienden te horen dat ze het ongemakkelijk vonden.”
Dit soort reacties hadden Els nooit eerder aan het twijfelen gebracht. Ze was opgegroeid in een familie waar lichamelijke genegenheid heel gewoon was. “Ik kan me niet anders herinneren dan dat mijn ouders, zelfs tot op latere leeftijd, mij en mijn broers kusten. Op de mond, op de wang, het maakte niet uit. Voor ons was dat normaal,” legt Els uit. “Liefde tonen was niet iets om bij na te denken. Het was gewoon wie wij waren als gezin.”
Maar de wereld om haar heen lijkt tegenwoordig anders te denken. Els realiseerde zich dat niet iedereen haar visie deelt en dat haar onschuldige gebaar voor sommige mensen als ongepast kan worden ervaren.
“Er waren zelfs mensen die zeiden dat het ‘niet hygiënisch’ was of dat het ‘ongezond’ zou zijn voor mijn kind. Dat vond ik vreemd,” zegt ze terwijl ze haar hoofd schudt. “Ik ben haar moeder. Ik zorg voor haar, ik houd van haar. Waarom zou een kus op de mond ineens iets verkeerds zijn?”
Toch begon Els zich af te vragen waarom haar actie zulke sterke reacties opriep. Ze merkte dat er in de samenleving verschillende opvattingen bestaan over lichamelijke genegenheid tussen ouders en kinderen. “Ik snap dat er culturele verschillen zijn,” geeft ze toe.
“In sommige culturen wordt het juist als heel normaal gezien, terwijl het in andere juist vermeden wordt. Maar ik had nooit verwacht dat mensen in mijn directe omgeving er zo sterk over zouden oordelen.”
Het gesprek met haar vrienden liet haar niet los. “Ze vertelden me dat ze het ongemakkelijk vonden omdat het ‘niet hoort’. Maar wat betekent dat eigenlijk? Wie bepaalt wat wel en niet hoort in de manier waarop je je kind liefde toont?” vraagt Els zich af. “Mijn dochter vindt het fijn om dicht bij me te zijn. Voor haar is die kus een teken van veiligheid en liefde. Waarom zou ik haar dat moeten onthouden alleen omdat anderen het ongemakkelijk vinden?”
Els besloot zich verder te verdiepen in het onderwerp en kwam tot de ontdekking dat de meningen over het kussen van kinderen op de mond verdeeld zijn. Sommige ouders vinden het volkomen normaal en een natuurlijk onderdeel van de opvoeding.
Anderen zien het als ongepast, vooral naarmate het kind ouder wordt. Er zijn zelfs psychologen die adviseren om voorzichtig te zijn met dergelijke uitingen van genegenheid, omdat het voor kinderen verwarrend kan zijn in relatie tot andere vormen van fysiek contact.
“Ik begrijp dat mensen het goed bedoelen,” geeft Els toe. “Ze willen misschien dat ik nadenk over de impact van mijn acties. Maar aan het eind van de dag ken ik mijn kind het beste. Ik weet wat voor haar goed voelt en wat haar gelukkig maakt.” Ze lacht zachtjes terwijl ze eraan toevoegt: “En ze komt nog steeds elke dag naar me toe voor die kus. Dat zegt voor mij alles.”
Wat Els het meest verwondert, is hoe snel mensen oordelen over persoonlijke keuzes in de opvoeding. “Ik zou nooit iemand vertellen hoe ze hun kind moeten opvoeden,” zegt ze resoluut.
“Wat voor de een werkt, werkt misschien niet voor de ander. Maar ik geloof sterk dat je als ouder moet doen wat voor jou en je kind goed voelt. Als dat betekent dat wij elkaar een kus op de mond geven, dan is dat zo.”
De situatie heeft Els echter ook bewuster gemaakt van de manier waarop ze naar andere ouders kijkt. “Misschien zijn er dingen die ik bij anderen zie en waar ik ook een mening over heb, zonder het door te hebben. Deze ervaring heeft me geleerd om minder snel te oordelen en meer begrip te tonen voor de keuzes van anderen.”
Els heeft besloten om zich niet te laten beïnvloeden door de kritiek. “Het is niet aan anderen om te bepalen hoe ik mijn kind liefde toon,” zegt ze vastberaden. “Mijn kind weet dat ze geliefd is, en dat is voor mij het belangrijkste. Mensen mogen vinden wat ze willen, maar ik kies ervoor om trouw te blijven aan wat voor ons werkt.”
Door deze ervaring is Els niet alleen zelfbewuster geworden in haar opvoedingsstijl, maar heeft ze ook meer vertrouwen gekregen in haar eigen intuïtie als moeder. “Ouderschap is geen eenheidsworst,” zegt ze met een glimlach. “En dat is oké.”