Er zijn van die knopjes in je auto waar je zelden aan denkt, totdat je opeens in een dikke mistbank rijdt. Mistverlichting is daar een goed voorbeeld van. Vaak kom je er pas achter dat je überhaupt mistlampen hebt als je ze nodig hebt. En dan komt de vraag: wanneer mag je ze eigenlijk gebruiken? Vooral het mistachterlicht is een heikel punt, want als je dat onterecht gebruikt, kun je niet alleen je achterliggers verblinden, maar ook een fikse boete op de mat krijgen.
Mist of geen mist: wanneer moet je je mistverlichting gebruiken?
Nederland krijgt zo nu en dan te maken met dichte mist en het KNMI roept dan code geel af. Maar betekent dit automatisch dat je mistlampen aan moeten? Nee, absoluut niet.
Veel mensen denken dat zodra het een beetje nevelig wordt, ze direct de mistverlichting aan mogen zetten, maar de regels zijn een stuk strikter.
De voorste mistlampen mogen al aan bij verminderd zicht, bijvoorbeeld bij mist, regen of sneeuw. Maar de mistlampen aan de achterkant? Die mag je pas aanzetten wanneer het zicht minder is dan 50 meter.
Dit is niet zomaar een willekeurige regel; het mistachterlicht is ontzettend fel en kan bestuurders achter je verblinden, vooral als ze zich niet bewust zijn van de weersomstandigheden. In België ligt de grens overigens hoger, daar mag het achterlicht bij 100 meter zicht al aan.
Hoe weet je of het zicht minder dan 50 meter is?
Je kunt natuurlijk niet constant een meetlint uit je raam hangen om te checken of je de juiste afstand hebt, maar gelukkig zijn er handige hulpmiddelen. Langs N-wegen staan reflectorpaaltjes, die standaard 50 meter uit elkaar staan.
Als je het volgende paaltje nauwelijks ziet, is het moment daar om je mistachterlicht aan te zetten.
Op de snelweg zijn er zelfs nog duidelijkere referentiepunten: de hectometerpaaltjes. Deze witte bordjes met zwarte cijfers staan altijd precies 100 meter uit elkaar.
Zie je pas bij het passeren van het bordje dat het volgende ineens opdoemt uit de mist? Dan weet je dat je mistachterlicht aan mag. Zie je het bordje echter al van een flinke afstand? Laat die knop dan maar met rust, want de boete is niet mals.
De boete voor onterecht mistachterlicht aanzetten
Het gebruik van mistverlichting is niet alleen een kwestie van veiligheid, maar ook van de wet. Als je zonder geldige reden je mistachterlicht aanzet, kan de politie je op de bon slingeren.
In 2025 kost het je maar liefst 180 euro als je wordt betrapt op onterecht mistachterlicht voeren. En dat is een dure grap, zeker als je bedenkt dat het eigenlijk heel simpel te voorkomen is.
Ook de mistverlichting aan de voorkant kent regels. Hoewel je deze iets vaker mag gebruiken dan het achterlicht, betekent dat niet dat je ze lukraak moet aanzetten zodra er een beetje nevel hangt. Doe je dit toch, dan riskeer je een boete van 120 euro.
Waarom is het gebruik van mistachterlicht zo streng gereguleerd?
Het mistachterlicht is fel en kan een zegen zijn in dichte mist, maar in minder extreme omstandigheden kan het een vloek zijn voor achteropkomend verkeer.
Die felle rode gloed kan hinderlijk zijn en zelfs verblindend werken, waardoor andere weggebruikers sneller afgeleid raken en hun remgedrag aanpassen. Dit kan leiden tot onnodige remacties en in het ergste geval kop-staartbotsingen.
De mistlampen aan de voorkant zijn een ander verhaal. Ze zijn bedoeld om de weg direct voor je beter te verlichten en schijnen laag naar de grond, waardoor ze nauwelijks anderen hinderen. Dit maakt ze in lichte mist of regen een nuttige toevoeging.
Wat kun je beter doen bij lichte mist?
Als de mist niet dik genoeg is om de mistverlichting te gebruiken, kun je beter vertrouwen op je dimlichten. Deze zijn vaak al voldoende om je zichtbaarheid te vergroten zonder dat je je medeweggebruikers hindert.
En laten we eerlijk zijn, in Nederland rijden we toch vaak genoeg met de lichten aan, zelfs als het gewoon een beetje grauw is.
Veelgemaakte fouten bij mistverlichting
Toch zijn er altijd bestuurders die hun mistverlichting te pas en te onpas gebruiken. De meest voorkomende fouten zijn:
- Het mistachterlicht aanzetten bij motregen of lichte nevel. Dit is niet nodig en alleen maar irritant voor andere weggebruikers.
- De mistlampen vooraan als extra ‘coole’ verlichting gebruiken, terwijl het zicht prima is. Niet alleen nutteloos, maar ook een verspilling van energie.
- Vergeten je mistlichten uit te zetten zodra de mist optrekt. Dit kan ervoor zorgen dat je kilometers lang anderen verblindt zonder het door te hebben.
Conclusie: wees slim met je mistverlichting
De volgende keer dat je in de auto stapt en de mist om je heen ziet hangen, onthoud dan: niet meteen op dat knopje drukken. Gebruik de reflector- en hectometerpaaltjes als handige meetpunten en voorkom een onnodige boete.
Mistlampen zijn er voor je veiligheid, maar alleen als je ze op de juiste momenten gebruikt. Dus blijf alert, houd de verkeersregels in gedachten en rijd veilig.