Voor veel huishoudens staat er in 2026 opnieuw een prijsverhoging op de deurmat, dit keer voor iets wat iedereen dagelijks nodig heeft: kraanwater. In delen van Zuid-Holland, Noord-Holland en Drenthe worden de tarieven fors verhoogd, zo melden de betrokken drinkwaterbedrijven Oasen, Dunea, PWN en WMD. De rest van Nederland hoort op 1 december wat zij kunnen verwachten.

De stijgende kosten zijn geen verrassing voor experts. Waterbronnen raken steeds sterker vervuild en drinkwaterbedrijven moeten steeds meer investeren om het water veilig te houden. Daarbij komt dat de vraag naar drinkwater blijft stijgen én extremer weer door klimaatverandering meer druk legt op de infrastructuur.
Waarom kraanwater duurder wordt
Drinkwaterbedrijven waarschuwen al langer dat de zuivering van water ingewikkelder wordt. Patricia van der Linden van branchevereniging Vewin benadrukt dat de vervuiling van grond- en oppervlaktewater blijft toenemen. Daardoor zijn er meer stappen in het zuiveringsproces nodig, wat geld én energie kost.
Daarnaast moet er flink worden geïnvesteerd in uitbreiding van de capaciteit. Door bevolkingsgroei, langere perioden van droogte en intensiever watergebruik neemt de druk op het drinkwatersysteem toe.
Dit vraagt om nieuwe installaties, extra zuiveringsstappen en meer opslagmogelijkheden voor de momenten waarop de vraag piekt.
Grote verschillen per regio
Niet elk drinkwaterbedrijf gebruikt dezelfde bron. En dat heeft grote invloed op de prijs. Sommige bedrijven gebruiken grondwater, dat van nature al door zand- en kleilagen gefilterd is. Andere bedrijven moeten water uit het IJsselmeer of rivieren zuiveren, en dat is juist veel vervuilder en duurder.
De drinkwaterbedrijven maakten de volgende tarieven voor 2026 bekend:
Oasen (oevergrondwater uit de Lek en Rijn)
2025: €1,62 per m³
2026: €1,67 per m³
Dunea (oppervlaktewater via duingebieden, afkomstig uit Maas en Lek)
2025: €1,46 per m³
2026: €1,58 per m³
PWN (oppervlaktewater uit het IJsselmeer en de Lek)
2025: €1,92 per m³
2026: €1,98 per m³
WMD (grondwater in Drenthe)
2025: €1,06 per m³
2026: €1,14 per m³
Naast de kubieke meterprijs stijgen bij sommige bedrijven ook de vaste kosten. PWN verhoogt de vaste aansluitkosten bijvoorbeeld met bijna tien euro per jaar. Volgens hun berekening zal een gemiddeld huishouden in 2026 ongeveer €1,35 per maand meer betalen voor drinkwater.
Nederland voldoet nog altijd niet aan Europese waternormen
Onze waterkwaliteit staat al jaren onder druk. Europa stelde al in 2000 strenge eisen aan de kwaliteit van oppervlaktewater, en die moeten in 2027 volledig gehaald worden.
Maar Nederland loopt achter. Sterker nog, toen die afspraken werden gemaakt, werd Nederlands oppervlaktewater als het minst schoon van Europa beoordeeld.
Volgens Van der Linden spelen meerdere factoren een rol. Een deel van de vervuiling komt via rivieren het land binnen. Daarnaast lozen industrieën in Nederland ook nog steeds op rivieren en sloten. Daarbovenop is Nederland simpelweg een klein, druk land met veel landbouw, industrie, verkeer en menselijke activiteit.
Hoewel de kwaliteit van het drinkwater zelf uitstekend blijft, wordt het steeds moeilijker om de bronnen schoon genoeg te houden. Drinkwaterbedrijven moeten daarom blijven investeren in extra zuivering.
De groei van chemische stoffen: een nieuw probleem
Volgens UvA-wetenschapper Milo de Baat gebruiken we als samenleving steeds meer chemische stoffen. Waren het vroeger tientallen gevaarlijke stoffen, inmiddels gaat het om duizenden verschillende chemicaliën die in allerlei producten zitten. Veel van die stoffen lossen goed op in water, wat ze lastig te verwijderen maakt.
Grote vervuilers uit het verleden, zoals lood of het bestrijdingsmiddel DDT, zijn grotendeels verboden. Maar ze zijn vervangen door een omvangrijke groep nieuwe, soms minder onderzochte stoffen.
Voor drinkwaterbedrijven is dat een gigantische uitdaging. De technieken die nodig zijn om dit uit het water te filteren, zijn duur en energie-intensief.
Een voorbeeld hiervan is PFAS, een verzamelnaam voor duizenden ‘eeuwige’ chemicaliën die worden gebruikt in pannen, cosmetica, regenkleding, voedselverpakkingen en zelfs bakpapier. Deze stoffen breken nauwelijks af, komen in het water terecht en zijn zeer lastig te verwijderen.
Steeds meer medicijnresten in het water
Een ander groeiend probleem is de hoeveelheid medicijnresten die via het riool in het oppervlaktewater terechtkomt. Door de vergrijzing gebruikt de bevolking steeds meer medicijnen.
Wat niet door het lichaam wordt opgenomen, plas je weer uit – en dat eindigt via rioolwaterzuiveringen deels in de rivieren en meren waar drinkwaterbedrijven hun water vandaan halen.
Van der Linden legt uit dat ziekenhuizen hier een belangrijke rol in kunnen spelen. Door medicijnresten op locatie te filteren of patiënten gebruik te laten maken van speciale plaszakken, kan een deel van de vervuiling voorkomen worden.
Maar er ligt ook een verantwoordelijkheid bij farmaceutische bedrijven. Zij zouden al bij de ontwikkeling moeten nadenken over stoffen die minder schadelijk zijn als ze in het water terechtkomen. Minder schadelijke medicijnresten betekenen minder belasting voor het drinkwatersysteem.
Meer stappen in het zuiveringsproces
Om al deze stoffen eruit te halen, moeten drinkwaterbedrijven zuiveringsinstallaties uitbreiden of zelfs nieuwe systemen bouwen. Daarvoor zijn nieuwe technieken nodig, zoals actief koolfiltratie, ionenwisselaars en geavanceerde membraanfiltratie.
Dit proces kost niet alleen veel geld, maar ook veel energie. En die kosten worden uiteindelijk doorberekend aan de consument.
Wat betekent dit voor de toekomst?
Het ziet er niet naar uit dat de waterprijzen in de komende jaren zullen dalen. De druk op drinkwaterbedrijven blijft toenemen en er zijn voortdurend nieuwe investeringen nodig om de kwaliteit van Nederlands drinkwater op peil te houden.
Bovendien stijgt de vraag naar water door klimaatverandering. Lange periodes van droogte zorgen voor minder beschikbaar water, terwijl hevige regenval juist de kwaliteit van waterbronnen onder druk zet.
Daarom waarschuwen experts dat we ons moeten voorbereiden op een toekomst waarin water duurder én schaarser kan worden.
Conclusie: drinkwater blijft veilig, maar niet vanzelf
Hoewel het drinkwater in Nederland nog altijd van uitstekende kwaliteit is, is dat geen vanzelfsprekendheid. Achter de schermen wordt er veel gedaan om vervuiling tegen te gaan, medicijnresten en chemische stoffen te verwijderen en waterbronnen te beschermen.
Die inspanningen kosten geld, en dat gaan huishoudens in 2026 opnieuw merken. Vooral inwoners van Zuid-Holland, Noord-Holland en Drenthe zullen een hogere rekening krijgen.
De verwachting is dat de rest van Nederland niet veel anders tegemoet zal zien wanneer de overige tarieven bekend worden gemaakt.
Het is duidelijk dat schoon drinkwater steeds meer inspanning vergt — en dat die inspanning een prijs heeft.





