Soms word je even teruggeworpen in de tijd. Dat moment waarop je een som ziet en denkt: “Dit had ik vroeger op school nog zo goed onder de knie, maar hoe zat het ook alweer?” Vandaag dagen we je uit met een puzzel die je hersenen weer even flink laat kraken.
Het lijkt simpel, maar onderschat het niet. De vraag is namelijk: kun jij deze som oplossen zonder rekenmachine?
Het gaat om de volgende wiskundige uitdaging:
8 – 5 (98 – 78) – 3 x 4 = ?
Op het eerste gezicht denk je misschien: “Makkie, dit los ik zo op!” Maar let op, want hier is een belangrijke valkuil: je moet de juiste volgorde van de bewerkingen aanhouden. En dat is precies waar het bij velen misgaat.
Ken je die regel nog van vroeger, die je leerde bij wiskunde? Het gaat om de volgorde van haakjes, vermenigvuldigen, delen, optellen en aftrekken. Oftewel: de rekenvolgorde.
Voor wie even een opfrisser nodig heeft: bij een som met meerdere bewerkingen moet je eerst de haakjes oplossen, daarna vermenigvuldigen en delen, en pas als laatste optellen en aftrekken. Het is een kwestie van geduld en goed kijken.
Neem een moment om naar de som te kijken en probeer hem stap voor stap op te lossen. Begin bij de haakjes, want dat heeft altijd voorrang.
Wat staat er ook alweer tussen die haakjes? Juist, 98 – 78. En daar krijg je al je eerste antwoord: 20. Dat was nog makkelijk, toch?
Nu kom je bij het volgende stukje van de puzzel: 5 (20). Die haakjes betekenen eigenlijk dat je moet vermenigvuldigen. Dus 5 x 20. Het antwoord daarop? 100. Langzaam begin je de som wat overzichtelijker te maken.
Maar je bent er nog niet. Nu staat er ineens: 8 – 100 – 3 x 4. Hier is het belangrijk om weer goed te kijken naar de volgorde. Wat was de regel ook alweer?
Juist: eerst vermenigvuldigen en delen, en pas daarna optellen of aftrekken. Die 3 x 4 moet dus eerst opgelost worden. En dat levert 12 op.
Nu heb je de som gereduceerd tot: 8 – 100 – 12. Het begint nu echt duidelijk te worden. Hier hoef je alleen nog maar van links naar rechts te werken. Dus eerst: 8 – 100. Dat komt uit op -92. En dan trek je daar nog 12 vanaf. Wat hou je over?
Het antwoord is -104.
Heb je het goed? Dan ben jij echt een kei in het logisch oplossen van sommen. Dit raadsel is misschien geen hogere wiskunde, maar het test wel of je die oude regels van vroeger nog kent.
Veel mensen lopen namelijk vast omdat ze vergeten in welke volgorde ze de bewerkingen moeten uitvoeren. Het is een kleine herinnering aan hoe belangrijk die basisvaardigheden eigenlijk zijn.
Heb je het fout? Geen zorgen. Dat gebeurt iedereen wel eens. Het belangrijkste is dat je plezier hebt in het kraken van dit soort raadsels en je brein actief houdt. Probeer het gewoon nog eens met een ander raadsel, want oefenen houdt je scherp.
En eerlijk is eerlijk: stiekem is het ook gewoon leuk om even terug te gaan naar de tijd van schoolbord en krijt.
Daag gerust je vrienden en familie uit met deze puzzel. Wedden dat ze even gaan twijfelen? Misschien wordt er zelfs een discussie gestart over wat nou echt de juiste volgorde was.
Het is het perfecte excuus om samen te puzzelen en je hersenen weer eens op scherp te zetten. Want zeg nou zelf, een beetje hersengymnastiek kan nooit kwaad.
En nu? Geniet van je overwinning of maak je klaar voor de volgende uitdaging. Want wie weet wat voor raadsels je morgen weer tegenkomt.
Het belangrijkste is dat je blijft puzzelen, blijft leren en vooral blijft genieten van de kleine hersenkrakers die je dag net een beetje leuker maken.