Rosa had zich de toekomst heel anders voorgesteld. Ze was helemaal klaar voor de volgende stap in haar relatie. Na twee jaar intens samen zijn, leek het haar logisch dat ze gingen samenwonen. Haar appartement had genoeg ruimte, een gezellige buurt, en vooral: het voelde als thuis. Maar haar vriend zag dat toch anders.
“Ik wil niet bij je intrekken, want ik ga niet meebetalen aan jouw hypotheek,” had hij gezegd. Rosa weet niet wat ze hier nu mee moet.
Het is niet dat Rosa haar vriend om veel geld vraagt. “Ik wil alleen dat hij een eerlijk deel bijdraagt aan de vaste lasten,” legt ze uit. “Ik snap dat het mijn appartement is en dat ik de hypotheek heb afgesloten, maar we zouden samen leven, toch? Dat betekent dat we samen alles delen.”
Haar vriend ziet het echter anders. Volgens hem betaalt hij dan indirect voor iets dat hij niet bezit, en dat voelt niet goed. “Waarom zou ik investeren in jouw woning, terwijl ik daar zelf niks aan overhoud?” had hij haar gevraagd.
Het gesprek blijft door Rosa’s hoofd malen. Ze voelt zich niet gehoord. “Ik ben niet uit op zijn geld,” zegt ze. “Het gaat erom dat ik niet alles alleen wil blijven dragen. Het is ook een principekwestie. Als je samen bent, deel je toch ook de verantwoordelijkheden?”
Toch lijkt dit gesprek een breekpunt te worden in hun relatie. Rosa vraagt zich af of hij wel echt voor de lange termijn met haar verder wil, of dat hij toch een soort plan B in zijn achterhoofd houdt.
Haar vriend heeft een ander idee. Hij stelt voor dat ze in plaats daarvan samen een nieuw huis zoeken. “Dan hebben we allebei evenveel recht op wat we betalen,” had hij gezegd. Maar dat voelt voor Rosa niet goed. “Ik heb zo hard gewerkt om dit appartement te kunnen kopen,” vertelt ze.
“Het is mijn veilige plek. Waarom zou ik dat opgeven alleen omdat hij het lastig vindt om mee te betalen?” Het lijkt alsof de vraag om samen te wonen meer onzekerheid naar boven haalt dan Rosa had verwacht.
Een vriendin van Rosa had haar op het hart gedrukt om geen concessies te doen. “Als hij je echt graag wil, dan vindt hij een manier om hier samen uit te komen,” zei ze. Maar een andere vriendin bracht een ander perspectief.
“Misschien heeft hij ook wel een punt. Het kan eng zijn om aan iets te betalen wat officieel niet van jou is. Misschien kun je kijken naar een contract of iets dat het eerlijk verdeelt.” Rosa weet niet goed wat ze hiervan moet denken.
Dit dilemma raakt aan een breder thema: hoe ga je om met financiën in een relatie? Voor veel mensen blijft geld een lastig onderwerp, vol emoties en verwachtingen. Voor Rosa voelt het nu alsof er een kloof is ontstaan die veel groter is dan alleen de vraag over de hypotheek.
“Het is alsof we niet op dezelfde lijn zitten over wat samenwonen betekent,” zegt ze. “Ik dacht dat we een team waren, maar nu voelt het alsof ik hem moet overtuigen om bij me te willen zijn.”
Rosa probeert zichzelf moed in te praten. Misschien moet ze hem wat tijd geven om aan het idee te wennen. Of misschien moet ze eerlijker zijn over hoe veel deze kwestie voor haar betekent.
“Ik wil gewoon dat hij zich net zo inzet voor onze toekomst als ik,” zegt ze. “En ik hoop dat hij dat ook ziet.”
Hoe dit verhaal afloopt, weet Rosa nog niet. Maar één ding is zeker: dit gesprek zal bepalend zijn voor hoe ze verder gaan. Of ze nu samen een nieuw huis zoeken, een contract opstellen, of toch ieder hun eigen weg blijven gaan, Rosa hoopt dat ze een manier vinden om elkaar echt te begrijpen.
“Want als je niet samen door zoiets simpels heen komt, hoe kun je dan ooit bouwen aan een toekomst?”