Simone zit aan de keukentafel met een diepe frons op haar gezicht. Ze kijkt naar de tekenspullen die haar dochter Isa, van zeven, net heeft laten slingeren. Wat haar het meeste zorgen baart, is niet de rommel op tafel, maar iets veel diepers. “Isa liegt vaak tegen me,” zegt ze, haar stem gevuld met frustratie.
Ze weet dat kinderen soms dingen verzinnen of de waarheid verdraaien, maar het voelt alsof Isa steeds vaker onwaarheden vertelt. “Ik begrijp gewoon niet waarom ze het doet.”
Simone herinnert zich de eerste keer dat ze merkte dat Isa niet helemaal eerlijk was. “We waren samen aan het opruimen, en ik vroeg haar of ze haar speelgoed al had weggehaald. Ze keek me aan en zei vol vertrouwen: ‘Ja, mama, alles is al opgeruimd.’ Maar toen ik in haar kamer keek, was er helemaal niets veranderd.”
In eerste instantie vond Simone het een onschuldig incident – kinderen hebben immers een levendige fantasie en willen soms gewoon de makkelijke weg kiezen. Maar naarmate de tijd verstreek, begon ze te merken dat Isa steeds vaker loog, zelfs over kleine, onbelangrijke dingen.
“Laatst vertelde ze me dat ze haar huiswerk al had gemaakt toen ik haar vroeg of ze klaar was,” vertelt Simone, terwijl ze haar hoofd schudt. “Maar later vond ik haar werkboek helemaal onaangeroerd op haar bureau. Toen ik haar ermee confronteerde, ontkende ze het eerst en begon toen te huilen.” Simone voelde zich verscheurd tussen boosheid en medelijden. “Ik vraag me af waarom ze het nodig vindt om te liegen in plaats van gewoon de waarheid te vertellen.”
Simone weet dat liegen een normale fase kan zijn in de ontwikkeling van kinderen, maar ze maakt zich zorgen. “Ik wil niet dat het een gewoonte wordt,” zegt ze. Ze vraagt zich af of ze iets verkeerd doet in haar opvoeding, of dat er iets anders speelt bij Isa. “Ik probeer er altijd voor haar te zijn en ik wil haar laten zien dat ze me kan vertrouwen, maar het voelt soms alsof er een muur tussen ons staat.”
Ze heeft met andere ouders gesproken over het probleem en heeft allerlei adviezen gekregen, maar niets lijkt te helpen. “Sommigen zeggen dat ik strenger moet zijn, maar ik wil haar niet bang maken om de waarheid te vertellen,” legt Simone uit. “Anderen zeggen dat ik het gewoon moet negeren, maar dat voelt niet goed. Ik wil dat Isa begrijpt hoe belangrijk eerlijkheid is, zonder dat ze zich veroordeeld voelt.”
De worsteling met Isa’s leugens beïnvloedt ook de sfeer in huis. Simone merkt dat ze steeds achterdochtiger wordt. “Als ze me nu iets vertelt, twijfel ik vaak aan haar woorden, zelfs als het waarschijnlijk waar is,” geeft ze toe. “En dat wil ik helemaal niet. Ik wil haar kunnen vertrouwen, net zoals zij mij zou moeten kunnen vertrouwen.”
Simone heeft geprobeerd verschillende benaderingen toe te passen. “Ik heb met haar gepraat over eerlijkheid, geprobeerd haar uit te leggen waarom liegen verkeerd is,” zegt ze. Maar het lijkt niet altijd aan te komen. “Isa knikt dan wel, en ze zegt dat ze het begrijpt, maar kort daarna gebeurt er weer iets soortgelijks.”
Soms voelt het alsof ze in een vicieuze cirkel zit. “Ik wil niet constant de politieagent in huis zijn die haar controleert of betrapt op leugens,” vertelt Simone zuchtend. “Maar tegelijkertijd kan ik het niet zomaar laten gaan.” Ze vraagt zich af of ze strenger moet zijn of juist zachter, maar het voelt alsof ze continu tussen die twee uitersten balanceert.
Ondanks de frustratie, houdt Simone vast aan de hoop dat dit slechts een fase is. “Isa is een slimme en lieve meid,” zegt ze glimlachend, hoewel haar ogen nog steeds zorgen verraden. “Ik wil haar helpen om te begrijpen dat ze me altijd de waarheid kan vertellen, ongeacht de situatie.”
Simone beseft dat kinderen soms liegen omdat ze bang zijn voor straf of om hun ouders niet teleur te stellen. “Misschien wil ze me gewoon niet teleurstellen, en dat breekt mijn hart,” zegt ze zacht. “Ik wil dat ze weet dat ze altijd eerlijk tegen me kan zijn, zelfs als ze iets fout heeft gedaan.”
Hoewel de oplossing nog niet in zicht lijkt, blijft Simone vastberaden om haar dochter te steunen en samen door deze fase heen te werken. “Ik weet dat we dit kunnen oplossen,” zegt ze vol overtuiging. “We moeten alleen de juiste manier vinden om er samen mee om te gaan.”