De Nederlandse energietransitie draait op volle toeren. Steeds meer mensen wekken hun eigen stroom op via zonnepanelen en het aantal elektrische auto’s blijft stijgen.
Maar al die opgewekte en verbruikte elektriciteit moet ergens heen. En dat is precies waar het knelt: het stroomnet zit bomvol. Volgens een nieuwe commissie onder leiding van Ernst van Koesveld is er een gigantische investering nodig om het elektriciteitsnet toekomstbestendig te maken. De kosten? Ongeveer 195 miljard euro.
Waarom die investering nu écht nodig is
Het Nederlandse stroomnet is oorspronkelijk gebouwd voor een andere tijd. Toen er nog geen zonnepanelen op daken lagen, elektrische auto’s schaars waren en warmtepompen zeldzaam.
Inmiddels is het gebruik van stroom enorm toegenomen, en tegelijkertijd wordt er veel meer elektriciteit lokaal opgewekt. Zonnepanelen op daken, windmolens in weilanden – allemaal willen ze hun stroom kwijt op het net. Alleen: dat net kan het simpelweg niet meer aan.
Volgens de commissie is het elektriciteitsnet “té druk”, met steeds vaker overbelasting als gevolg. Om storingen te voorkomen en de energietransitie niet te laten vastlopen, moet er flink worden uitgebreid.
Wat betekent dit voor de consument?
De grote vraag is natuurlijk: wie gaat dat allemaal betalen? Het antwoord is simpel: de consument. De commissie berekende dat de benodigde investering neerkomt op gemiddeld 10.000 euro per Nederlander, uitgesmeerd over vijftien jaar. Dat betekent bijna 700 euro per persoon, per jaar.
En dat is nog bovenop de kosten die huishoudens nu al betalen voor het elektriciteitsnet. Op dit moment is dat ongeveer 400 euro per jaar. Met de nieuwe investeringen zou dat kunnen oplopen tot zo’n 1.100 euro per jaar.
Meer verbruik? Dan ook meer betalen
Een opvallend voorstel uit het rapport van Van Koesveld is dat mensen die relatief veel stroom gebruiken, ook meer zouden moeten bijdragen aan de netkosten. Denk aan huishoudens met zonnepanelen of een elektrische auto. Deze groep gebruikt of levert bovengemiddeld veel elektriciteit, en legt dus meer druk op het stroomnet.
Volgens de commissie is het logisch dat zij ook meer meebetalen. Het zijn bovendien vaak mensen met een hoger inkomen, die deze lasten beter kunnen dragen. Dat zou het systeem eerlijker maken voor mensen met een lager inkomen, die minder gebruikmaken van zulke technologieën.
Hoe blijven lage inkomens beschermd?
Natuurlijk is niet iedereen in staat om zomaar honderden euro’s extra per jaar te betalen. Daarom doet de commissie ook voorstellen om lagere inkomens te ontzien. Zo kan de energiebelasting voor deze groep omlaag, of kan er een speciaal energiefonds komen waarmee huishoudens met een krap budget worden geholpen.
Op die manier wordt de verdeling van de kosten eerlijker, en wordt voorkomen dat de energietransitie een luxeproject wordt dat alleen voor de hogere inkomens haalbaar is.
Slim omgaan met piekuren kan geld besparen
Een ander voorstel van de commissie is om het stroomverbruik beter te spreiden over de dag. De piek ligt nu vooral tussen 16.00 en 19.00 uur, wanneer veel mensen thuiskomen, koken, wassen of de auto aan de lader zetten. Door stroom op die momenten duurder te maken, kan het aantrekkelijker worden om apparaten juist ’s ochtends of ’s nachts te gebruiken.
Zet de vaatwasser aan vóór je naar werk gaat. Laad de auto niet direct na thuiskomst op, maar pas later op de avond. Zulke kleine aanpassingen in het dagelijks leven kunnen niet alleen geld besparen, maar ook het net ontlasten.
Investering met lange adem
De benodigde 195 miljard euro wordt natuurlijk niet in één keer uitgegeven. De investering wordt gespreid over vijftien jaar. Maar dat maakt het probleem niet minder urgent. Zonder ingrijpen kunnen netbeheerders niet garanderen dat er voldoende capaciteit is voor toekomstige ontwikkelingen, zoals meer windparken, warmtenetten en elektrisch vervoer.
De commissie benadrukt dat als er nu niet wordt geïnvesteerd, de problemen alleen maar groter worden – met als gevolg hogere kosten in de toekomst en mogelijk zelfs vertraging van duurzame projecten.
Kabinetsreactie op komst
De bal ligt nu bij de politiek. Het rapport is overhandigd en vrijdag wordt een eerste reactie van het kabinet verwacht. De vraag is of de regering bereid is de portemonnee te trekken, en hoe ze de voorgestelde kosten eerlijk wil verdelen over burgers en bedrijven.
Wat vaststaat: het Nederlandse stroomnet heeft dringend een upgrade nodig. En dat gaat iedereen voelen – in de meterkast én in de portemonnee.
Conclusie: hogere kosten, maar ook kansen
Hoewel het vooruitzicht van een duurdere stroomrekening niet vrolijk stemt, zit er ook een positieve kant aan dit verhaal. Een beter elektriciteitsnet betekent ruimte voor meer duurzame energie, meer elektrische mobiliteit, en uiteindelijk een schonere toekomst. Maar daar hangt wel een prijskaartje aan.
Voor huishoudens is het nu vooral zaak om goed op de hoogte te blijven, kritisch te kijken naar het eigen verbruik en – waar mogelijk – slimme keuzes te maken. Wie zijn energie slim plant, kan de kosten binnen de perken houden.
Bron: NPO