Amy is het zat. “Ouderen blijven maar zeuren dat onze generatie verwend is. Maar zij kochten een huis voor de prijs van een schuurtje! Hoe kunnen ze dat vergelijken met nu?” Amy is 23 en woont nog bij haar ouders.
Een eigen huis? Dat lijkt voor haar een droom die steeds verder wegdrijft. En de kritiek van oudere generaties maakt het voor haar allemaal nóg frustrerender.
Ze vertelt hoe ze zichzelf helemaal suf spaart. “Ik werk me kapot. Ik doe drie dagen in de week een bijbaan naast mijn studie en probeer alles wat ik verdien opzij te zetten. Maar hoe hard ik ook werk, het lijkt nooit genoeg. Een huis kopen? Met de huidige prijzen is dat onmogelijk.”
Amy legt uit dat starters nauwelijks kans maken op de woningmarkt. “De prijzen zijn bizar hoog. En als er al iets betaalbaars voorbij komt, wordt het opgekocht door investeerders. Hoe kun je daar ooit tegenop?”
Wat haar vooral boos maakt, is de houding van sommige ouderen. “Ze zeggen dat wij gewoon harder moeten werken of minder moeten uitgeven aan luxe. Maar zij hadden het zoveel makkelijker.
Mijn ouders kochten hun eerste huis in de jaren tachtig voor een bedrag dat nu nog geen kleine auto zou kosten. En toen konden ze met één salaris al een heel gezin onderhouden! Wij hebben die luxe niet.”
Amy vindt dat veel ouderen geen idee hebben van hoe het tegenwoordig gaat. “Ze snappen niet dat je met een startersinkomen niet eens een hypotheek krijgt.
Laat staan dat je genoeg overhoudt om te sparen voor een huis. Alles is duurder geworden: van boodschappen tot energie. En dan moeten wij het maar zien te redden?”
Wat haar ook steekt, is de kritiek op haar generatie. “Ze noemen ons lui en verwend, maar wij moeten keihard werken om iets op te bouwen.
Ja, ik hou van een kop koffie buiten de deur, maar dat betekent niet dat ik onverantwoord met mijn geld omga. Ik probeer te genieten van de kleine dingen, omdat het grote plaatje zo uitzichtloos is.”
Amy haalt diep adem en vervolgt: “Ik snap dat ouderen ook hard hebben gewerkt om te komen waar ze nu zijn, maar ze hadden meer kansen. Studeren kostte hen een fractie van wat het nu kost.
En de meeste van hen begonnen hun volwassen leven zonder schulden. Kijk naar ons: we hebben een studieschuld voordat we überhaupt kunnen beginnen met sparen.”
Wat ze het meest frustrerend vindt, is het gebrek aan begrip. “In plaats van te zeggen dat wij verwend zijn, kunnen ze beter naar oplossingen kijken.
Waarom wordt er niets gedaan aan de hoge huizenprijzen? Waarom krijgen wij niet dezelfde kansen als zij hadden?”
Amy wil niet dat dit overkomt alsof ze alleen maar klaagt. “Ik wil gewoon dat mensen begrijpen hoe het voelt om constant achter de feiten aan te lopen.
Het is niet zo dat ik niks wil doen om mijn leven op te bouwen. Ik doe alles wat ik kan, maar het voelt alsof het nooit genoeg is.”
Ze denkt dat er meer dialoog nodig is tussen generaties. “In plaats van te wijzen naar elkaar, zouden we beter moeten samenwerken.
Ouderen hebben ervaring en wij brengen nieuwe energie en ideeën. Samen kunnen we misschien iets veranderen aan de oneerlijke systemen waar wij nu tegenaan lopen.”
Toch weet Amy dat het niet makkelijk wordt. “Het systeem zit vast. Maar ik blijf hopen dat er iets gaat veranderen. Tot die tijd blijf ik gewoon hard werken en proberen het beste ervan te maken.”
Met een beetje cynisme voegt ze eraan toe: “Misschien als ik ooit dat schuurtje kan betalen, kan ik mezelf trots een huiseigenaar noemen.
Tot die tijd blijf ik maar sparen en hopen dat de ouderen ooit begrijpen hoe moeilijk het nu echt is.”