Steeds meer grote werkgevers in Nederland bieden verlof aan voor gendertransitie. Ahold Delhaize, de grootste particuliere werkgever in Nederland met 130.000 werknemers, heeft recent aangekondigd dat zij tot 33 weken verlof met behoud van salaris zullen bieden voor een gendertransitie. Dit verlof valt buiten de cao.
Ahold Delhaize legt uit dat het nieuwe beleid ook praktische tips bevat voor collega’s en managers om de juiste ondersteuning te bieden. Ze benadrukken hun inzet voor een diverse en inclusieve maatschappij, wat volgens hen begint bij bewustwording en beleid binnen hun eigen organisatie.
Grote bedrijven lopen vaak voorop bij het moderniseren van arbeidsvoorwaarden. De vraag blijft of kleinere werkgevers dit voorbeeld zullen volgen en of er uiteindelijk een landelijk beleid komt.
Transgender Netwerk Nederland is blij met deze ontwikkeling. Voorzitter Remke Verdegem stelt dat dit mensen in staat stelt in alle rust te herstellen en financieel gecompenseerd te worden. Dit zou ook discriminatie bij sollicitaties kunnen verminderen.
Het verlof is niet altijd in de cao opgenomen, zoals bij Ahold Delhaize, maar soms in het personeelsreglement. Peter Mekers van Netwerk Regenboog FNV geeft aan dat een cao-vermelding de voorkeur heeft omdat die moeilijker teruggedraaid kan worden.
In Nederland zijn er, afhankelijk van de definitie, tussen de 90.000 en 390.000 transgender personen. Dit aantal varieert op basis van of er alleen gekeken wordt naar mensen die een sociale en medische transitie doormaken of breder naar iedereen die afwijkt van de genderidentiteit en -expressie van hun geboortegeslacht.
Een onderzoek van SEOR van de Erasmus Universiteit uit 2022 toont aan dat transpersonen een kwetsbare positie hebben op de arbeidsmarkt. Ze ervaren vaker negatieve reacties zoals stigma’s, discriminatie en onbegrip van werkgevers en collega’s. Dit leidt vaak tot mentale stress, wat weer kan resulteren in langdurige werkloosheid en verlies van motivatie.
Onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) uit 2017 laat zien dat transpersonen vaak in de laagste inkomenscategorie zitten en vaker schulden hebben. Slechts 35 procent van de transgender personen is in loondienst, vergeleken met 55 procent van de algemene beroepsbevolking. Dit vergroot de kans op een vicieuze cirkel van langdurige werkloosheid en onvoldoende ondersteuning.
Transgender Netwerk Nederland pleit daarom voor een landelijke regeling voor transitieverlof. Verdegem benadrukt dat midden- en kleinbedrijven dit financieel moeilijk kunnen dragen. Grote bedrijven hebben daar meer mogelijkheden voor.
In het coalitieakkoord van het demissionaire kabinet stond dat het Regenboogakkoord zou worden uitgevoerd, inclusief een wettelijk transitieverlof voor transgender personen. Dit verlof zou vergelijkbaar zijn met zwangerschapsverlof, waarbij het loon door het UWV wordt betaald.
In juni gaf minister Dijkgraaf echter aan dat er dit jaar geen geld beschikbaar is voor transitieverlof. Volgend jaar zou er opnieuw gekeken worden, maar nu is het kabinet demissionair. Verdegem uitte teleurstelling over deze ontwikkeling. Er waren toezeggingen gedaan, maar nu ontbreken de middelen. Volgens hem is transitieverlof essentieel om de arbeidspositie van transgenders te verbeteren.