De verkiezingsstrijd is in volle gang en CDA-leider Henri Bontenbal laat van zich horen — en hoe. Waar zijn partij jarenlang op zoek was naar een duidelijke koers, lijkt Bontenbal nu het politieke midden weer op te eisen.

Toch zorgt zijn scherpe uitspraak over PVV-stemmers voor flink wat discussie. Volgens hem “staan mensen die op de PVV stemmen straks in de kou”, omdat Geert Wilders waarschijnlijk niet zal regeren. Een uitspraak die binnen en buiten zijn partij de nodige wenkbrauwen doet fronsen.
Maar achter die ene zin schuilt een bredere boodschap: Bontenbal positioneert het CDA opnieuw als stabiele factor, wars van extremen. Alleen roept zijn toon ook vragen op. Is dit de comeback van het CDA — of juist een nieuwe reden voor verdeeldheid onder kiezers?
Terug naar de basis: de wederopbouw van het CDA
Na jaren van dalende peilingen probeert Bontenbal zijn partij opnieuw richting te geven. Hij grijpt daarbij nadrukkelijk terug naar de tijd van Ruud Lubbers, van wie een grote foto prominent in zijn werkkamer hangt. Net als Lubbers wil hij het CDA weer een partij maken van “redelijkheid, verantwoordelijkheid en stabiliteit”.
Onder zijn leiding probeert het CDA afstand te nemen van de chaos en hardheid die volgens hem het huidige politieke klimaat kenmerken. Geen extreme geluiden, geen populistische kreten, maar constructieve politiek. Dat is de boodschap die hij keer op keer herhaalt. Toch blijkt dat pad niet zonder obstakels.
Controverse rond PVV-uitspraken
Het moment dat Bontenbal echt de aandacht trok, kwam toen hij werd gevraagd naar de verkiezingskansen van Geert Wilders. Zijn antwoord was even scherp als opmerkelijk:
“Wie op de PVV stemt, staat straks in de kou, want Wilders gaat vermoedelijk niet regeren.”
Volgens Bontenbal is de kans klein dat de PVV kan meedoen aan een stabiel kabinet. Daarmee wil hij duidelijk maken dat stemmen op Wilders volgens hem vooral symboolpolitiek is: een uiting van frustratie, zonder dat het iets oplevert.
Zijn woorden vielen echter niet overal in goede aarde. Voorstanders van Wilders zien het als een neerbuigende opmerking richting miljoenen Nederlanders die juist verandering willen. Ook binnen het politieke midden klinkt kritiek: het CDA, ooit bekend om zijn verbindende toon, lijkt nu de harde confrontatie niet te schuwen.
Asiel, migratie en identiteit
Tijdens zijn verkiezingsinterview met De Telegraaf werd Bontenbal stevig aan de tand gevoeld over thema’s die Nederland bezighouden: asiel, migratie en identiteit. Opvallend genoeg positioneert hij zich hier tussen links en rechts in.
Hij noemt de spreidingswet essentieel om de asielopvang beter te verdelen, maar benadrukt tegelijk dat de instroom omlaag moet. Volgens hem kan dat alleen als Nederland samenwerkt met buurlanden als Duitsland en België om het Europese beleid te harmoniseren.
“Als we het asielprobleem echt willen oplossen, moet het kabinet direct naar Duitsland en België om beleid gelijk te trekken,” zegt hij.
Toch is hij kritisch op Geert Wilders, die volgens hem “het probleem niet echt wil oplossen, maar er vooral politieke winst uit probeert te halen.”
Over de vraag of Nederland aan het islamiseren is, reageert Bontenbal nuchter:
“Dat is een te groot angstbeeld. Slechts zes procent van de bevolking is moslim. Ik snap de zorgen, maar het zit vooral in de culturele afstand die mensen ervaren.”
Daarmee probeert hij de discussie te nuanceren, zonder te vervallen in generalisaties.
Integratie en vervreemding in de grote steden
Volgens Bontenbal is het belangrijkste probleem niet religie, maar integratie. Vooral in grote steden ziet hij dat de samenstelling van wijken drastisch verandert, waardoor mensen zich ontheemd voelen.
“De culturele afstand, te beginnen bij de taal, zorgt voor vervreemding,” aldus Bontenbal.
Hij wijst erop dat veel Nederlanders zich niet meer herkennen in hun buurt of stad. Toch wil hij geen stigmatisering. In zijn ogen moet gedrag leidend zijn, niet afkomst of religie.
“Het sissende gedrag op straat — is dat de islam of zijn het rotjochies? Uiteindelijk moet je mensen beoordelen op wat ze doen.”
Een uitspraak die past in zijn poging om de balans te vinden tussen rechtvaardigheid en redelijkheid.
Een partij tussen geloof en moderniteit
Bontenbal is open over zijn christelijke achtergrond. Hij leest dagelijks uit de Bijbel met zijn gezin en ziet geloof als bron van inspiratie. Tegelijkertijd benadrukt hij dat het CDA een brede volkspartij moet blijven, niet een religieuze enclave.
Op vragen over gevoelige thema’s als homoseksualiteit en genderidentiteit zegt hij:
“Als mijn kinderen homo zijn, moeten ze dat gewoon kunnen zijn. En als een van hen zegt dat hij liever een meisje wil zijn, dan ga ik dat gesprek aan. Het lijkt me verschrikkelijk als jongeren niet durven zijn wie ze zijn.”
Toch benadrukt hij dat zijn geloof hem richting geeft bij morele kwesties, zoals de wet Voltooid Leven. Terwijl 73 procent van zijn achterban voor die wet is, weigert hij toe te geven:
“We willen geen samenleving waarin mensen door sociale druk besluiten dat hun leven voltooid is. De wens om te sterven is vaak niet stabiel.”
Het toont de worsteling van een partijleider die enerzijds wil luisteren naar de kiezer, maar anderzijds vasthoudt aan morele principes.
Economie, defensie en samenwerking
Bontenbal profileert zich niet alleen op morele thema’s, maar ook op economie en veiligheid. Waar linkse partijen pleiten voor hogere belastingen op vermogen, kiest hij voor een meer ondernemersvriendelijke koers.
Hij hekelt de plannen van GroenLinks-PvdA om de lasten op het bedrijfsleven verder te verhogen:
“Alle kosten afwentelen op het bedrijfsleven is totaal onverstandig. Je jaagt werkgelegenheid weg.”
Ook op defensie wil hij daadkracht tonen. Nederland moet volgens hem de NAVO-norm halen en niet langer wachten tot andere landen het voortouw nemen. Daarmee positioneert hij het CDA nadrukkelijk als een partij die verantwoordelijkheid durft te nemen — in binnen- én buitenland.
Een pragmatische middenweg
Bontenbal zegt zelf niet te geloven in de scheidslijn tussen links en rechts. Zijn voorbeeld? Ruud Lubbers, die volgens hem wist dat echte politiek draait om oplossingen, niet om dogma’s.
“Met die termen links en rechts kan ik niet zoveel,” zegt Bontenbal. “Nederland heeft pragmatisme nodig. Een beetje Lubberiaanse stijl, dat is wat nu nodig is.”
Toch sluit hij samenwerking met partijen als GroenLinks-PvdA niet uit. Sterker nog, hij noemt een “kabinet over het midden” het meest realistische scenario. Dat zou volgens hem stabiliteit brengen, iets waar kiezers volgens hem meer behoefte aan hebben dan ooit.
Conclusie: tussen stabiliteit en spanning
Henri Bontenbal probeert het CDA opnieuw relevant te maken door het midden op te zoeken, maar doet dat met een scherp randje. Zijn opmerking over PVV-stemmers was bedoeld als waarschuwing, maar zorgde vooral voor opschudding.
Toch lijkt zijn strategie duidelijk: hij wil zich profileren als de rationele tegenhanger van zowel de populistische rechterzijde als het ideologisch gedreven links. Of die koers het CDA weer groot maakt, zal de kiezer bepalen.
Wat wel vaststaat: Bontenbal is niet bang om te zeggen wat hij denkt — ook als dat wrijving oplevert. En in een tijd waarin nuance zeldzaam is, maakt dat hem misschien wel de opvallendste middenfiguur van de verkiezingen van 2025.
Bron: Telegraaf





