De nieuwe kabinetsformatie is nog maar net begonnen, maar de eerste politieke breuklijnen tekenen zich al af. Nog voordat de gesprekken goed op gang zijn gekomen, staan D66 en de VVD lijnrecht tegenover elkaar.

Uit de brieven die beide partijen hebben overhandigd aan verkenner Wouter Koolmees blijkt dat geen van beiden bereid is grote concessies te doen. Daarmee lijkt het formatieproces meteen uit te draaien op een ingewikkelde en langdurige strijd.
Kloof tussen D66 en VVD wordt direct zichtbaar
Wat bedoeld was als een ordentelijke start van de formatie, verandert al snel in een krachtmeting tussen de liberalen en de progressieven.
D66-leider Rob Jetten liet in zijn brief aan verkenner Koolmees weten te streven naar een coalitie met de VVD, CDA en GroenLinks-PvdA. Volgens Jetten is die combinatie de meest stabiele en deskundige optie om het land te besturen.
Binnen de VVD klinkt daarentegen een totaal ander geluid. Partijleider Dilan Yeşilgöz noemt een samenwerking met GroenLinks-PvdA “ondenkbaar”.
Volgens haar is de VVD niet van plan een kabinet te vormen met de linkse fusiepartij, en dat standpunt is volgens haar “geen onderwerp van onderhandeling”. De toon van haar brief is onmiskenbaar hard, en zet meteen de toon voor de komende weken.
Ideologische muur tussen liberalen en progressieven
De inhoudelijke verschillen tussen de partijen zijn groot en worden steeds duidelijker. De VVD wil strengere nationale asielmaatregelen, lagere lasten voor bedrijven en hogere investeringen in defensie.
GroenLinks-PvdA wil daarentegen juist meer geld voor zorg en duurzaamheid, en ziet niets in het optrekken van de defensie-uitgaven tot de volledige NAVO-norm.
Ook over de zorg lopen de meningen ver uiteen. Waar de VVD miljarden wil besparen en efficiënter wil werken, pleiten D66 en GroenLinks-PvdA juist voor extra geld om personeelstekorten aan te pakken en de toegankelijkheid te verbeteren.
“Wij gaan geen millimeter opschuiven,” klinkt het resoluut vanuit de VVD. Die houding maakt een compromis voorlopig onwaarschijnlijk.
D66 wil een coalitie ‘door het midden’
Ondanks de groeiende tegenstellingen blijft D66 vasthouden aan een coalitie “door het midden”. Rob Jetten stelt dat Nederland behoefte heeft aan stabiliteit en samenwerking tussen redelijke partijen.
Zijn voorkeur voor een coalitie met VVD, CDA en GroenLinks-PvdA zou volgens berekeningen goed zijn voor een meerderheid van 86 zetels.
De VVD ziet echter weinig in dat scenario en schuift liever JA21 naar voren als alternatief. Dat zou een combinatie opleveren met 75 zetels, maar met een duidelijker rechtse koers.
In haar brief aan Koolmees schrijft Yeşilgöz dat een coalitie met GroenLinks-PvdA “niet in staat is om de huidige problemen van Nederland op te lossen”. Daarmee lijkt de deur naar samenwerking met links voorlopig dicht.
Strijd om het premierschap speelt op de achtergrond
Een belangrijke factor in de spanningen is de strijd om het Torentje. Wie de premier levert, is altijd een gevoelig punt in de formatie.
Binnen de VVD leeft sterk het idee dat de grootste partij recht heeft op het premierschap. Yeşilgöz zou volgens Haagse bronnen geen moeite hebben om dat argument in te zetten als drukmiddel.
D66 ziet dat anders. Binnen de partij wordt benadrukt dat het niet alleen om zetelaantallen draait, maar om de bereidheid verantwoordelijkheid te nemen. Toch speelt de geschiedenis mee: in eerdere formaties wist Mark Rutte zijn zin vaak door te drukken, wat bij D66 nog altijd als wrang wordt ervaren.
Koolmees moet balans vinden tussen botsende belangen
Verkenner Wouter Koolmees heeft de ondankbare taak gekregen om de verhoudingen te herstellen en de partijen weer rond de tafel te krijgen.
Deze week sprak hij de zeven grootste partijen en ontving hij hun brieven vol standpunten, prioriteiten en voorwaarden. Volgende week zal hij zijn eerste verslag aan de Tweede Kamer presenteren.
Daarna volgt een debat over de volgende stap in het proces: de benoeming van een informateur. Of dat debat leidt tot echte vooruitgang, is echter de vraag. Volgens ingewijden is de sfeer tussen de partijen harder dan in eerdere formaties. In plaats van elkaar tegemoet te komen, lijken de fracties zich juist in te graven.
Een ervaren Kamerlid noemt de situatie “een politieke schaakwedstrijd waarin niemand de eerste zet wil doen”. De kans dat de formatie uitmondt in een langdurige impasse, lijkt daardoor groot.
Een formatie vol wantrouwen en strategie
De onderhandelingen in Den Haag zijn altijd een spel van macht, timing en vertrouwen. Maar dit jaar lijkt vooral dat laatste te ontbreken. Zowel D66 als de VVD positioneert zich scherp voor de camera’s en lijkt vooral bezig met de eigen achterban tevreden houden.
De verharding is opvallend, zeker zo kort na de verkiezingen. Waar partijen normaal gesproken de eerste weken gebruiken om bruggen te slaan, lijkt nu juist sprake van verharde standpunten. Analisten wijzen erop dat dit deels te maken heeft met de afwezigheid van een duidelijke winnaar.
D66 mag dan officieel de grootste partij zijn, de winst ten opzichte van de PVV is minimaal. Dat maakt het voor Rob Jetten lastig om zijn gezag als formatieleider af te dwingen.
De herinnering aan eerdere formaties weegt zwaar
De huidige situatie doet denken aan eerdere formaties waarin het maanden duurde voordat er überhaupt schot in de zaak kwam. In 2017 duurde het 225 dagen voordat er een kabinet stond, en in 2021 zelfs 299 dagen – de langste formatie in de Nederlandse geschiedenis.
De angst bestaat dat dit scenario zich nu zal herhalen. Politieke experts wijzen erop dat het vertrouwen tussen de partijen broos is en de polarisatie groter dan ooit.
“De verschillen zijn niet alleen politiek, maar ook persoonlijk,” zegt een Haagse insider. “Jetten en Yeşilgöz vertegenwoordigen totaal andere stijlen en visies. Dat maakt de gesprekken extra lastig.”
Wat betekent dit voor Nederland?
Voor de burger lijkt de formatie voorlopig ver weg, maar de gevolgen zijn groot. Zolang er geen kabinet is, blijft veel beleid op de lange baan. Denk aan woningbouw, klimaatmaatregelen en koopkrachtverbeteringen. Ondertussen groeit de druk vanuit het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties om snel duidelijkheid te krijgen.
Economisch gezien is stabiliteit dringend nodig, maar politiek gezien lijkt dat verder weg dan ooit. Toch blijft verkenner Koolmees hoopvol. “Het is mijn taak om te zoeken naar wat partijen verbindt, niet wat ze scheidt,” zei hij in een korte reactie.
Een lange weg naar samenwerking
Alles wijst erop dat de formatie van 2025 een lange en ingewikkelde weg wordt. De toon is gezet, de posities zijn ingenomen en de kans op snelle doorbraken lijkt klein.
De komende weken zullen bepalen of de kloof tussen D66 en VVD te overbruggen is, of dat Nederland opnieuw afstevent op een recordformatie.
Wat er ook gebeurt, de inzet is groot. Het land wacht op een stabiele regering, maar voorlopig overheerst vooral de politieke spanning in Den Haag. Eén ding is duidelijk: de komende maanden zullen bepalend zijn voor de koers van Nederland – en het politieke spel is nog maar net begonnen.





