Zanger Claude, die Nederland vertegenwoordigt op het Eurovisie Songfestival, mag tijdens zijn deelname geen Congolese vlag laten zien.
Dat terwijl hij in Congo is geboren en er tot zijn negende heeft gewoond. De regels van het Songfestival verbieden het tonen van andere vlaggen dan die van het deelnemende land. En daar blijft het niet bij: ook pride-vlaggen en andere symbolische vlaggen zijn niet welkom dit jaar.
Deze beslissing zorgt voor veel ophef en roept vragen op over identiteit, vrijheid van expressie en de richting die het Songfestival opgaat.
Alleen nationale vlaggen toegestaan in officiële ruimtes
Volgens de European Broadcasting Union (EBU), de organisatie achter het Eurovisie Songfestival, mogen artiesten op het podium, in de Green Room en tijdens de openingsceremonie alleen de vlag dragen van het land dat ze vertegenwoordigen.
In het geval van Claude betekent dat de Nederlandse vlag, en dus geen Congolese vlag, hoe belangrijk die ook voor hem persoonlijk is.
Ook in de Eurovision Village, de officiële fanzone van het festival, geldt hetzelfde beleid. Alleen op plekken buiten deze officiële zones mogen artiesten en bezoekers andere vlaggen tonen, zolang ze niet in strijd zijn met de Zwitserse wet.
Denk daarbij aan vlaggen die haat of geweld symboliseren – die zijn uiteraard uitgesloten. Maar een vlag als die van Congo, of de regenboogvlag? Die zijn dus simpelweg niet toegestaan in de centrale festivalzones.
Nieuw vlaggenbeleid: pride-vlaggen ook verboden
Dit nieuwe beleid is onderdeel van een breder besluit van de EBU, die voor de editie van 2025 in Basel (Zwitserland) het hele vlaggenreglement heeft aangescherpt.
Zo mogen deelnemers ook geen pride-vlaggen meer tonen. Dat betekent: geen regenboogvlag, geen trans-, intersekse- of non-binaire vlag. Vlaggen die in vorige edities juist veelvuldig werden gebruikt om steun en zichtbaarheid te geven aan de lhbti+-gemeenschap.
Opvallend is dat Nemo, de winnaar van het Songfestival in 2024, deze vlaggen juist trots toonde op het podium. De boodschap van inclusie en diversiteit die het Songfestival jarenlang leek uit te dragen, wordt nu beperkt door deze nieuwe regels.
Reacties op het verbod: felle kritiek van belangenorganisaties
De reactie op dit beleid liet dan ook niet lang op zich wachten. Belangenorganisatie COC Nederland noemt het besluit “volstrekt belachelijk” en stelt dat de regenboogvlag geen politiek statement is, maar simpelweg laat zien wie mensen zijn.
Volgens het COC raken deze regels de kern van waar het Songfestival ooit voor stond: vrijheid, inclusiviteit en verbinding.
De oproep aan AVROTROS, de Nederlandse omroep die Claude afvaardigt, om het beleid aan te vechten bij de EBU, is echter zonder succes gebleven. AVROTROS laat weten zich achter het besluit van de organisatie te scharen, ondanks de bezwaren van het COC en veel fans.
Niet alleen Congo: ook andere vlaggen in de ban
Naast de Congolese en pride-vlaggen, vallen ook andere symbolische vlaggen onder het verbod. Denk aan de Palestijnse vlag, de Europese vlag of regionale vlaggen zoals die van Catalonië of Koerdistan. Alles wat kan worden geïnterpreteerd als politiek, activistisch of symbolisch buiten de nationale context, mag niet meer worden getoond.
De EBU verdedigt het beleid door te stellen dat het Songfestival neutraal en inclusief moet blijven. Door het beperken van vlagvertoon tot nationale vlaggen wil de organisatie voorkomen dat het podium wordt gebruikt voor politieke of ideologische statements. Dat klinkt logisch in theorie, maar in de praktijk leidt het vooral tot frustratie en onbegrip.
Wat betekent dit voor artiesten zoals Claude?
Voor Claude is de Congolese vlag geen politiek symbool, maar een essentieel onderdeel van zijn identiteit. Hij groeide er op, heeft er familie en zijn achtergrond vormt een groot deel van wie hij is als artiest. Het verbod om de vlag te tonen voelt voor veel mensen als het ontkennen van iemands roots en persoonlijke verhaal.
Zeker in een tijd waarin diversiteit juist meer erkenning krijgt in de media, komt dit beleid over als een stap terug. Artiesten willen hun verhaal vertellen op het podium, en vlaggen zijn daar soms een krachtig onderdeel van. Het volledig schrappen daarvan beperkt die expressie.
Vrijheid of regie: de balans raakt zoek
Het Eurovisie Songfestival is jarenlang een podium geweest voor vrijheid van expressie, waar artiesten zichzelf konden zijn, ongeacht afkomst, seksuele geaardheid of genderidentiteit. Velen vragen zich dan ook af of het beperken van vlagvertoon niet haaks staat op de oorspronkelijke geest van het evenement.
De EBU beweert dat deze regels nodig zijn om het Songfestival neutraal te houden, maar critici zien het als een zwaktebod. Want als een regenboogvlag al als te controversieel wordt gezien, waar ligt dan de grens? En is neutraliteit überhaupt haalbaar als je persoonlijke identiteit buiten beschouwing moet laten?
Wat nu? Fans en artiesten laten zich horen
Online zijn de reacties niet mals. Onder de hashtag #LetClaudeWave gaan fans op sociale media de strijd aan met het beleid van de EBU. Ook internationale artiesten en voorgaande deelnemers spreken zich uit tegen de nieuwe regels. De roep om herziening groeit, zeker nu het Songfestival steeds vaker als platform wordt gezien voor maatschappelijk relevante thema’s.
Of de EBU op korte termijn haar beleid zal bijstellen, is onzeker. Maar de discussie over vrijheid van expressie, zichtbaarheid van minderheden en culturele identiteit is in ieder geval losgebarsten.
Conclusie: regels botsen met de ziel van het Songfestival
Het nieuwe vlaggenbeleid van het Eurovisie Songfestival raakt aan gevoelige thema’s. Artiesten zoals Claude mogen een belangrijk deel van hun identiteit niet tonen. Ook symbolen van liefde, gelijkheid en inclusie, zoals de regenboogvlag, worden verboden.
Waar het Songfestival ooit symbool stond voor vrijheid en diversiteit, lijkt het nu te worstelen met zijn eigen regels. De vraag blijft: hoe ver moet je gaan in het bewaken van neutraliteit, als dat ten koste gaat van wie mensen zijn?
De komende weken zal blijken of deze discussie invloed heeft op het verloop van het Songfestival. Eén ding is zeker: de strijd om zichtbaarheid, trots en identiteit op het podium is nog lang niet gestreden.