Het was een mooie rit voor elektrische autorijders in Nederland, maar aan het belastingvoordeel komt langzaam een einde. Voor het eerst in de geschiedenis ontvangen bezitters van elektrische auto’s deze maand een blauwe envelop van de Belastingdienst met daarin de rekening voor wegenbelasting. Een grote verandering, aangezien deze groep tot voor kort volledig vrijgesteld was van de motorrijtuigenbelasting.
Toch is er nog enigszins goed nieuws: voor 2025 geldt een forse korting, maar deze zal de komende jaren langzaam worden afgebouwd.
Dit betekent dat elektrisch rijden in Nederland vanaf 2030 niet langer financieel bevoordeeld wordt ten opzichte van brandstofauto’s. Wat betekent dit concreet voor de portemonnee van EV-rijders en wat zijn de bredere gevolgen?
Van belastingvrij naar geleidelijk betalen
Tot 1 januari 2025 hoefden bestuurders van elektrische voertuigen geen wegenbelasting te betalen. Dit fiscale voordeel werd in het leven geroepen om de overstap naar elektrisch rijden aantrekkelijker te maken en zo de uitstoot van CO₂ in het verkeer te verminderen.
Inmiddels rijden er echter zoveel elektrische auto’s rond dat de overheid heeft besloten om de financiële stimulans af te bouwen.
Hoewel de volledige vrijstelling nu voorbij is, hoeven EV-rijders nog niet direct het volle pond te betalen. In 2025 geldt er nog een aanzienlijke korting: slechts 25% van het normale tarief. Dit betekent dat de kosten nu nog relatief laag blijven, al hangt het precieze bedrag af van het type voertuig en het gewicht.
Vanaf 2026 wordt deze korting verder afgebouwd: EV-rijders betalen dan driekwart van het reguliere tarief. Vanaf 2030 verdwijnt het voordeel volledig en betalen elektrische autobezitters net zoveel wegenbelasting als bestuurders van benzine- en dieselauto’s.
Zware accu’s zorgen voor hogere kosten
Wegenbelasting in Nederland wordt bepaald op basis van het gewicht van een voertuig. Dit brengt een extra uitdaging met zich mee voor elektrische auto’s, aangezien deze vaak zwaarder zijn dan hun fossiele tegenhangers.
De reden hiervoor is de grote en zware batterij die in EV’s zit, die al snel honderden kilo’s extra gewicht toevoegt.
Voor kleine elektrische auto’s zal de wegenbelasting daardoor nog enigszins meevallen, maar grote modellen zoals een Tesla Model X of een BMW iX kunnen aanzienlijk duurder uitvallen. Dit is een punt van zorg voor veel elektrische rijders, die dachten goedkoper uit te zijn op de lange termijn.
Volgens de woordvoerder van het ministerie van Financiën is het lastig om een gemiddeld bedrag te noemen, omdat de groep elektrische voertuigen zeer divers is. Van kleine stadsauto’s tot grote elektrische bussen en campers – elke categorie heeft zijn eigen belastingtarief.
Plug-inhybrides betalen al langer wegenbelasting
Voor bezitters van plug-inhybride auto’s verandert er minder. Zij betaalden vorig jaar al de helft van de wegenbelasting. In 2025 wordt dit verhoogd naar driekwart van het tarief en vanaf 2026 betalen ook zij de volle mep.
Dit betekent dat plug-inhybrides sneller aan dezelfde kostenstructuur worden onderworpen als traditionele benzine- en dieselauto’s.
De afbouw van belastingvoordelen voor zowel elektrische auto’s als plug-inhybrides laat zien dat de overheid elektrische mobiliteit als ‘volwassen’ beschouwt. Waar de stimulansen ooit nodig waren om de transitie te versnellen, is de markt nu sterk genoeg om op eigen benen te staan.
Wat betekent dit voor de toekomst van elektrisch rijden?
Met de stijgende wegenbelasting rijst de vraag of elektrisch rijden in Nederland nog steeds zo aantrekkelijk blijft. De belastingvoordelen speelden een grote rol in de populariteit van EV’s, en nu deze verdwijnen, kunnen potentiële kopers terughoudender worden.
Een ander belangrijk punt is dat EV-rijders al met hogere aanschafprijzen te maken hebben dan bestuurders van benzineauto’s. Het argument dat je deze kosten op de lange termijn terugverdient door lagere ‘brandstof’- en onderhoudskosten, wordt door de toenemende belasting minder overtuigend.
Toch blijft elektrisch rijden voor velen nog steeds voordelig. Laadkosten zijn, afhankelijk van waar je laadt, vaak lager dan de prijs van benzine of diesel. Daarnaast wordt elektrisch rijden nog altijd gesteund door bedrijven en leasemaatschappijen, die belastingvoordelen genieten zoals lagere bijtelling.
Bovendien blijft de overheid investeren in de laadinfrastructuur en worden er strengere emissie-eisen gesteld aan autobouwers. Dit betekent dat elektrische auto’s, ondanks de hogere kosten, waarschijnlijk de toekomst blijven domineren.
Kan elektrisch rijden nog goedkoper?
Voor wie elektrisch blijft rijden, zijn er nog steeds manieren om de kosten te drukken. Een aantal tips:
Lichter rijden
Omdat wegenbelasting gebaseerd is op gewicht, kan een lichtere elektrische auto voordeliger uitvallen. Compacte modellen zoals de Renault Zoe, Hyundai Ioniq 5 of een Fiat 500e zijn bijvoorbeeld aanzienlijk lichter dan grote SUV’s.
Slim laden
Publieke laadpalen kunnen duur zijn, terwijl thuis laden met een dynamisch energietarief flinke besparingen kan opleveren. Met zonnepanelen op het dak wordt dit nog voordeliger.
Tweedehands EV’s overwegen
De tweedehandsmarkt voor elektrische auto’s groeit, en met de komst van nieuwe modellen zullen prijzen verder dalen. Dit kan een betaalbare optie zijn voor wie elektrisch wil rijden zonder de hoge aanschafprijs van een nieuwe auto.
Blijven profiteren van lage onderhoudskosten
Elektrische auto’s hebben minder bewegende delen dan brandstofauto’s, waardoor onderhoud vaak goedkoper is. Dit kan helpen om de extra wegenbelasting op termijn te compenseren.
Conclusie: elektrische rijders gaan meer betalen, maar EV’s blijven de toekomst
De eerste blauwe envelop met wegenbelasting voor elektrische auto’s markeert een belangrijke verandering in het Nederlandse mobiliteitsbeleid. Waar de overheid jarenlang elektrisch rijden stimuleerde met belastingvoordelen, wordt de transitie nu als voltooid beschouwd.
Hoewel de kosten stijgen, blijven er voordelen verbonden aan elektrisch rijden, zoals lagere ‘brandstof’- en onderhoudskosten en een steeds verder groeiende laadinfrastructuur.
Bovendien zal de Europese wetgeving autofabrikanten blijven dwingen om emissies te verlagen, waardoor de keuze voor elektrisch rijden op lange termijn onvermijdelijk blijft.
Voor huidige en toekomstige EV-rijders is het vooral een kwestie van slim omgaan met de veranderende kosten. Want hoewel de belastingvoordelen verdwijnen, blijft één ding zeker: de toekomst is elektrisch.