Elsje, een 68-jarige vrouw met een warm hart voor haar kleinkinderen, had nooit gedacht dat haar liefde voor hen haar zo zou belasten. Toen haar kinderen haar vroegen om elke woensdag op hun twee kleinkinderen te passen, zei ze volmondig ‘ja’.
Het leek een geweldige kans om tijd door te brengen met de kinderen, maar naarmate de weken verstreken, begon Elsje zich steeds meer te realiseren dat ze de beslissing misschien wel had onderschat.
“Het idee was mooi,” zegt Elsje, “maar de realiteit is anders dan ik had verwacht.” Ze dacht dat een vaste oppasdag met de kleinkinderen haar leven zou verrijken, dat het zou leiden tot mooie momenten vol spelletjes, verhalen en knuffels. Maar wat begon als een blije verplichting, veranderde al snel in een bron van stress. “Soms heb ik echt het gevoel dat ik mijn vrijheid heb opgegeven,” bekent ze.
De eerste weken waren nog leuk en vol leven. De kleinkinderen, Lotte en Finn, waren enthousiast om hun oma te zien en ze maakten samen prachtige herinneringen. “We hebben gefietst, geknutseld en zelfs een keer koekjes gebakken,” herinnert Elsje zich met een glimlach. Maar na verloop van tijd begon de opwinding van de oppasdag te slijten. “Ze zijn zo vol energie, en ik heb niet de kracht die ik vroeger had,” zegt ze eerlijk.
Elsje beschrijft hoe de drukte van de oppasdagen haar fysieke en mentale energie op de proef stelde. “Ik heb nog wel de liefde voor hen, maar mijn lichaam reageert anders. Na een dag vol activiteit voel ik me uitgeput,” legt ze uit.
De kleinkinderen zijn nu vijf en zeven jaar oud en hun eindeloze energie is soms overweldigend. “Ik weet dat het normaal is dat kinderen actief zijn, maar soms zou ik willen dat ze een uurtje minder druk waren.”
Ze voelt zich schuldig over deze gedachten. “Ik ben hun oma, ik moet dol op ze zijn,” zegt ze, maar die druk om altijd een positieve ervaring te creëren begint haar te benauwen.
“Ik wil niet dat ze merken dat ik moe ben, maar soms kan ik het gewoon niet meer opbrengen.” Het schuldgevoel wordt nog groter als ze bedenkt dat haar eigen kinderen haar hebben gevraagd om deze rol te vervullen, en dat ze hen niet teleur wil stellen.
“De momenten van stilte zijn schaars,” vertelt Elsje. “Als ze even spelen, kan ik snel wat rust pakken, maar dat is niet altijd genoeg.” Ze mist de tijd die ze had om zelf dingen te doen, om met vrienden af te spreken of om gewoon te genieten van een goed boek.
“Ik heb het gevoel dat ik geen tijd meer voor mezelf heb,” voegt ze eraan toe. Haar sociale leven is verwaterd, en dat maakt haar verdrietig. “Vriendinnen vragen me soms om mee te gaan lunchen, maar ik moet zeggen dat ik oppas.”
Toen ze haar kinderen vertelde dat ze overwoog om de vaste oppasdag te herzien, reageerden ze verrast. “Ze begrepen het niet,” zegt Elsje. “Ze denken dat ik het zo leuk vind, maar ze weten niet hoe vermoeiend het kan zijn.”
Deze reactie maakte haar alleen maar meer onzeker. “Ik wil niet overkomen als een slechte oma,” zegt ze met een zucht. De druk om altijd te voldoen aan de verwachtingen van anderen voelt soms als een zware last.
Toch blijft Elsje een sprankje hoop houden dat ze een balans kan vinden. “Misschien moet ik het gesprek opnieuw aangaan met mijn kinderen,” zegt ze. “Ik wil graag betrokken blijven, maar het moet wel haalbaar zijn voor mij.”
Ze beseft dat het belangrijk is om voor zichzelf op te komen, niet alleen voor haar eigen welzijn, maar ook voor de kwaliteit van de tijd die ze met haar kleinkinderen doorbrengt.
Elsje hoopt dat ze op een dag weer kan genieten van die oppasdagen, zonder het gevoel dat ze zichzelf opoffert. “Ik wil niet dat mijn kleinkinderen zich herinneren dat ik moe was,” zegt ze. “Ik wil dat ze weten dat hun oma altijd voor hen klaarstaat, maar ook dat ze een gelukkig leven leidt.” Het is een moeilijke balans, maar voor Elsje is de liefde voor haar kleinkinderen sterker dan de druk die ze voelt.