Hans is een 71-jarige man die zich regelmatig verbaast over de generatie jongeren van vandaag. “De kinderen van nu zijn te verwend,” zegt hij met een frons.
“Ze krijgen alles wat ze willen zonder er moeite voor te doen.” Dit is een onderwerp waar hij met veel passie over kan praten, en zijn ervaringen uit het verleden kleuren zijn mening over de huidige jeugd.
Terwijl hij in zijn woonkamer zit, omringd door foto’s van zijn kinderen en kleinkinderen, vertelt Hans hoe hij en zijn generatie zijn opgegroeid. “In onze tijd leerden we doorzetten. We moesten voor onze spullen werken. Niets kwam zomaar aanwaaien,” benadrukt hij.
Hans komt uit een tijd waarin hard werken en doorzetten niet alleen waarden waren, maar ook een noodzaak. Zijn ouders hadden niet veel, en dat leerde hem op jonge leeftijd de waarde van geld en inzet.
Hans herinnert zich nog levendig zijn eerste fiets. “Ik moest wekenlang sparen om dat ding te kunnen kopen. En toen ik het eindelijk had, paste ik er nog niet goed op. Maar dat maakte het juist zo speciaal,” zegt hij met een glimlach.
Hij begrijpt niet hoe de huidige generatie zo anders kan zijn. “Als je kijkt naar de kinderen van nu, zie je ze met de nieuwste gadgets en dure kleding lopen, terwijl ze er niet eens voor hoeven te werken. Dat is toch niet normaal?” vraagt hij zich af.
Een voorbeeld dat Hans vaak aanhaalt, is de manier waarop kinderen tegenwoordig met smartphones omgaan. “In mijn tijd hadden we geen smartphones. We speelden buiten, maakten onze eigen spelletjes en moesten zelf oplossingen bedenken voor problemen.
Nu kunnen ze altijd op hun telefoon kijken voor antwoorden,” legt hij uit. Voor Hans is dit een teken van een bredere verandering in de samenleving. “Het lijkt wel alsof ze niet meer leren om creatief te zijn of zelf na te denken. Alles komt zo gemakkelijk bij ze,” zegt hij met een bezorgde blik.
Ook de sociale interacties van kinderen zorgen voor veel frustratie bij Hans. “Ze zitten de hele tijd op hun telefoon of tablet, en als ze elkaar zien, hebben ze geen idee hoe ze een normaal gesprek moeten voeren. In onze tijd leerden we hoe we met elkaar moesten omgaan, face-to-face,” vertelt hij.
Hij ziet het als een gemis dat de kinderen van vandaag minder tijd buiten doorbrengen en minder met elkaar spelen. “De fysieke activiteit is bijna verdwenen. Het is allemaal schermen en games geworden,” zegt hij, terwijl hij zijn hoofd schudt.
Hans’ observaties worden nog versterkt door gesprekken met zijn vrienden. “We bespreken vaak hoe het vroeger was. We hadden veel minder, maar we waren veel gelukkiger. We maakten plezier met wat we hadden, en we wisten dat we hard moesten werken voor wat we wilden.
Het was heel normaal om klusjes te doen en wat bij te verdienen,” zegt hij. Dit maakt het des te frustrerender voor hem om te zien hoe kinderen tegenwoordig alles voor hun kiezen krijgen zonder er moeite voor te doen.
Tijdens een van zijn bezoeken aan de kleinkinderen zag hij een voorval dat hem bijzonder trof. Zijn kleinzoon vroeg om een nieuwe gameconsole, maar hij had niet eens zijn huiswerk gedaan. “Ik vroeg hem hoe hij dacht dat hij die console zou krijgen. Hij keek me gewoon aan en zei dat hij het gewoon zou krijgen, omdat hij erom vroeg,” herinnert Hans zich.
“Dat gaf me de kriebels. Ik legde hem uit dat hij eerst zijn verantwoordelijkheden moest nemen, maar hij begreep het niet.” Dit gesprek gaf Hans inzicht in hoe ver de wereld van de kinderen van nu van zijn eigen jeugd afstaat.
In de gesprekken met zijn vrienden over dit onderwerp komt de frustratie vaak terug. “We vragen ons allemaal af waar het heen gaat met de kinderen van nu. Wat leren ze? Wat blijft er van hen over als ze uiteindelijk volwassen worden?” vraagt Hans zich af.
Hij gelooft dat de kinderen van nu op termijn zullen merken dat het leven niet altijd zo eenvoudig is als ze het nu ervaren. “Zonder enige inspanning leer je niet de waarde van iets. Het is zo belangrijk om te leren dat niet alles vanzelf komt.”
Voor Hans is het duidelijk dat de wereld veranderd is en dat hij daar soms moeite mee heeft. Hij hoopt dat ouders en opvoeders meer aandacht besteden aan de waarden die zo belangrijk zijn. “We moeten de kinderen leren dat hard werken loont.
Dat het belangrijk is om door te zetten en niet op te geven. Alleen zo kunnen ze de echte waarde van dingen leren,” sluit hij af. Zijn woorden zijn een oproep tot bewustwording in een tijd waarin de dingen te gemakkelijk lijken te komen, en hij hoopt dat toekomstige generaties de waarde van hard werken en doorzettingsvermogen zullen blijven begrijpen.