Iedereen kijkt er elk jaar weer naar uit: het vakantiegeld. Eind mei of begin juni verschijnt het bedrag ineens op de rekening, en dat voelt als een extraatje.
Toch blijkt in de praktijk dat het bij veel mensen alweer razendsnel verdwenen is. Uit onderzoeken en statistieken blijkt dat Nederlanders hun vakantiegeld vaak sneller uitgeven dan ze zelf doorhebben. Waar gaat het geld naartoe, en hoe kun je voorkomen dat het direct weer verdwijnt?
Wat is vakantiegeld precies?
Vakantiegeld – officieel vakantiebijslag – is een extra bedrag dat meestal in mei of juni wordt uitbetaald. Het komt bovenop het gewone loon en is bedoeld om vakantie van te kunnen betalen. Werknemers bouwen dit bedrag gedurende het jaar op: zo’n 8% van het brutoloon. Gemiddeld komt dat neer op een bedrag van rond de €2.000 tot €2.500 bruto per jaar, afhankelijk van je salaris.
Voor veel mensen voelt het als een bonus, maar het is eigenlijk gewoon uitgesteld loon. En juist omdat het in één keer op je rekening verschijnt, verdwijnt het vaak net zo snel weer.
Binnen een paar dagen alweer op
Het klinkt overdreven, maar bij een grote groep Nederlanders is het vakantiegeld binnen een week of twee helemaal op. Volgens het Nibud geeft meer dan 60% van de mensen het vakantiegeld binnen een maand volledig uit. Sommigen zelfs binnen een paar dagen. Vooral mensen met schulden, betalingsachterstanden of een krappe maandbegroting zien het als een kans om gaten te dichten.
Daarnaast speelt impulsief gedrag mee. Als er ineens een flink bedrag beschikbaar is, zijn mensen sneller geneigd om:
Die ene aankoop te doen die ze al maanden uitstellen
Een vakantie te boeken zonder naar de rest van de financiën te kijken
Nieuwe elektronica, kleding of meubels te kopen
Uit eten te gaan of extra’s te doen die normaal niet in het budget passen
Waar geven Nederlanders hun vakantiegeld aan uit?
Niet iedereen geeft het vakantiegeld even snel of aan dezelfde dingen uit. Uit onderzoek van diverse banken en het Nibud blijkt dat de meeste Nederlanders hun vakantiegeld aan de volgende zaken besteden:
Vakantie (45%) – logischerwijs dé bestemming van het vakantiegeld
Schulden aflossen of rekeningen inhalen (20%) – vooral bij lagere inkomens
Sparen (15%) – met name mensen die al een financiële buffer hebben
Grote aankopen (12%) – zoals een nieuwe wasmachine, fiets of laptop
Dagjes uit of luxe extra’s (8%) – denk aan wellness, kleding, festivals
Er is dus een duidelijke verdeling: voor sommigen is het echt bedoeld voor ontspanning, terwijl anderen het juist zien als een financiële reddingsboei.
Waarom verdwijnt vakantiegeld zo snel?
Een van de grootste redenen dat vakantiegeld zo snel verdwijnt, is psychologisch. Het voelt als een meevaller – alsof je opeens een cadeautje krijgt. Mensen geven geld dat ze niet als “normaal inkomen” zien, makkelijker uit. Dit heet ook wel het mental accounting-effect: geld in aparte potjes behandelen, alsof het niet bij het gewone budget hoort.
Daarnaast spelen sociale druk en verwachtingen mee. Iedereen lijkt op vakantie te gaan, dure uitjes te plannen of zichzelf iets moois te gunnen. Dat zorgt ervoor dat mensen zich bijna verplicht voelen om mee te doen.
Gevaar van direct uitgeven zonder plan
Hoewel het fijn voelt om jezelf te verwennen of eindelijk die vakantie te boeken, zit er ook een risico aan het direct uitgeven van je vakantiegeld:
Je hebt geen buffer meer voor onverwachte kosten
Het geld is op vóór de vakantie überhaupt begint
Schulden blijven liggen terwijl luxe prioriteit krijgt
Je ervaart stress als de zomer nog lang duurt, maar je geld al op is
Een impulsieve uitgave kan dus zorgen voor spijt achteraf. Zeker als er later in het jaar financiële tegenvallers zijn.
Slimmer omgaan met je vakantiegeld
Vakantiegeld hoeft niet direct op. Wie vooruit plant, haalt er juist meer waarde uit. Een paar tips om je vakantiegeld slimmer te gebruiken:
Stel een doel: Wil je op vakantie, sparen of iets groots kopen? Zet het op papier.
Verdeel het bedrag: Bijvoorbeeld 50% naar vakantie, 30% naar sparen, 20% voor jezelf.
Zet het apart op een spaarrekening: Zo geef je het minder snel impulsief uit.
Los eerst betalingsachterstanden af: Financiële rust levert meer op dan luxe spullen.
Gebruik het als buffer: Zeker in onzekere tijden is het slim om een reservepotje te hebben.
Door een plan te maken, geef je jezelf grip én rust.
Wat doen financiële experts?
Financiële adviseurs raden aan om vakantiegeld niet zomaar als extraatje te behandelen, maar als een bewuste kans om je financiële positie te verbeteren. Vooral als je geen buffer hebt, is het aan te raden om het vakantiegeld in te zetten voor een spaarrekening of noodfonds. Zo hoef je in de rest van het jaar minder snel te lenen bij een tegenslag.
Heb je al een gezonde financiële situatie? Dan is er natuurlijk niets mis mee om jezelf te verwennen. Maar ook dan geldt: met een beetje planning houd je er méér plezier aan over.
Samenvatting: vakantiegeld is snel op, maar jij hebt invloed
Het is duidelijk: vakantiegeld vliegt er bij veel mensen binnen no-time doorheen. Binnen een paar dagen of weken is het op, vaak zonder echt te weten waar het naartoe ging. En hoewel het logisch is dat mensen genieten van hun extraatje, is het zonde als je er later stress of spijt van krijgt.
De oplossing? Bewuste keuzes maken. Weet wat je wilt met je vakantiegeld, stel doelen, en verdeel het verstandig. Zo voorkom je dat je in juli terugkijkt en denkt: “Waar is het gebleven?”
Met een klein beetje planning kun je veel meer halen uit dat ene extraatje per jaar. En dát is misschien wel het echte vakantiegevoel: geen geldstress, maar vrijheid om te doen wat je echt belangrijk vindt.