De Europese Commissie heeft een opmerkelijk besluit genomen: vanaf 16 januari 2025 is het gebruik van meel op basis van meelwormen toegestaan in diverse voedingsmiddelen. Dit betekent dat we binnenkort producten als brood, kaas, pasta en zelfs jam kunnen tegenkomen met gemalen en gedroogde meelwormen erin verwerkt. Het besluit, vastgelegd in Verordening (EU) 2025/89, is een volgende stap in de richting van duurzame voeding, al roept het ook vragen op. Waarom wordt dit doorgevoerd? Hoe gezond en voedzaam zijn deze insecten eigenlijk? En vooral: willen consumenten dit wel?
Wat houdt deze verordening precies in?
De goedkeuring van de Europese Commissie maakt het mogelijk om gemalen meelwormen te verwerken in tal van dagelijkse voedingsmiddelen. Dit mag echter alleen onder strikte voorwaarden.
Zo moeten de meelwormen UV-lichtbestraling hebben ondergaan en moet de aanwezigheid ervan duidelijk worden vermeld op de verpakking. Producenten zijn verplicht om het ingrediënt te labelen als “UV-gehydrateerd Tenebrio molitor (gele meelworm) poeder”.
Dit is bedoeld om consumenten te waarschuwen, vooral omdat mensen met een allergie voor schaaldieren of huisstofmijt mogelijk ook allergisch kunnen reageren op meelwormen.
Waarom insecten in ons eten?
De drijvende kracht achter dit besluit is de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO), die al langer pleit voor de consumptie van insecten als duurzame eiwitbron.
Ook het World Economic Forum (WEF) heeft zich uitgesproken over de noodzaak om alternatieve eiwitbronnen te vinden. De productie van vlees brengt hoge milieukosten met zich mee, zoals ontbossing, hoge CO₂-uitstoot en waterverbruik. Insecten, daarentegen, kunnen met veel minder middelen worden gekweekt en hebben een kleinere ecologische voetafdruk.
Daarom ziet de Europese Commissie deze stap als een oplossing om de voedselproductie duurzamer te maken.
Een goed idee of een gedwongen transitie?
Hoewel het idee van een duurzamer voedselsysteem logisch klinkt, roept de goedkeuring van meelwormen in ons eten veel vragen op. De meeste Europese consumenten zijn namelijk niet gewend aan het eten van insecten en voelen er weinig voor om dit in hun dagelijkse dieet op te nemen.
Bovendien worden de meelwormen niet verkocht als een optionele eiwitbron, maar verwerkt in producten die consumenten dagelijks kopen, zoals brood en pasta. Hierdoor kunnen mensen onbewust insecten binnenkrijgen, tenzij ze de ingrediëntenlijsten nauwkeurig lezen.
Daarnaast blijkt uit onderzoeken dat insecten zoals meelwormen niet per se gezonder of voedzamer zijn dan traditionele eiwitbronnen zoals vlees, eieren en peulvruchten. Ze bevatten weliswaar eiwitten, maar ook chitine, een stof in het exoskelet van insecten die moeilijk verteerbaar is voor mensen.
Voorstanders beweren dat dit geen probleem is, maar wetenschappers en artsen waarschuwen dat er nog veel onbekend is over de lange-termijneffecten van regelmatige consumptie van insecten.
De rol van de Europese Commissie en het stemproces
Wat ook vragen oproept, is de manier waarop deze goedkeuring tot stand is gekomen. In januari 2025 diende de Franse politica Laurence Trochu een motie in om de opname van de gele meelworm in de lijst van ‘novel foods’ tegen te houden.
De stemming in de commissie leefmilieu en volksgezondheid (ENVI) leverde 39 stemmen tegen het verbod op, 32 stemmen voor en 6 onthoudingen. Opvallend hierbij was dat de namen van de stemmers niet in het officiële verslag werden opgenomen, iets wat bij andere stemmingen wél het geval was.
Een andere opmerkelijke wending is dat slechts één bedrijf, de Franse firma Nutri’Earth, toestemming heeft gekregen om het meelwormpoeder te produceren en op de markt te brengen. Dit roept de vraag op of hier sprake is van eerlijke concurrentie, of dat een enkele partij een voorkeursbehandeling heeft gekregen.
Wat betekent dit voor de consument?
Voor consumenten betekent dit dat producten als brood, gebak, pasta, en zelfs zuivel binnenkort meelwormen kunnen bevatten. Volgens de nieuwe regelgeving mag er tot 4 gram meelwormmeel per 100 gram brood worden toegevoegd.
Dit lijkt misschien weinig, maar het is voldoende om invloed te hebben op de voedingswaarde en de smaak van het product.
Hoewel er strikte etiketteringsregels zijn, blijft de vraag of consumenten zich hiervan bewust zullen zijn. Hoe vaak lees je immers écht de kleine lettertjes op een verpakking? De kans is groot dat veel mensen pas achteraf ontdekken dat ze insecten hebben gegeten.
Politieke reacties en weerstand
Niet iedereen is blij met deze ontwikkeling. In Vlaanderen heeft Vlaams Belang-Europarlementariër Barbara Bonte zich uitgesproken tegen de nieuwe regels. Zij vreest dat deze goedkeuring de deur opent voor verdere schaalvergroting van insecten in ons voedsel en dat consumenten onvoldoende worden geïnformeerd over wat er in hun eten zit.
Bonte pleit daarom voor een helder en herkenbaar labelsysteem, zodat consumenten bewust kunnen kiezen of ze producten met meelwormmeel willen kopen.
Tegelijkertijd benadrukt de Europese Commissie dat de nieuwe regelgeving past binnen bredere inspanningen om de consumptie van vlees te verminderen. Ursula von der Leyen, voorzitter van de Commissie, heeft meermaals aangegeven dat EU-burgers minder vlees moeten eten om klimaatdoelstellingen te halen.
Insecten, zo stelt de Commissie, vormen een alternatief om de eiwitconsumptie op peil te houden.
Wat kunnen consumenten doen?
Als je liever geen insecten eet, zijn er een paar dingen die je kunt doen:
- Lees etiketten zorgvuldig: Zoek naar termen als ‘Tenebrio molitor’ of ‘meelwormmeel’ op de verpakking.
- Kies biologische en ambachtelijke producten: Kleinere producenten volgen vaak traditionele recepten zonder insecten.
- Ondersteun merken die transparant zijn: Sommige bedrijven zullen bewust kiezen om geen meelwormen te gebruiken en dit duidelijk vermelden op hun verpakkingen.
Conclusie
De goedkeuring van meelwormen als ingrediënt in voeding is een controversiële beslissing. Voorstanders zien het als een stap naar duurzaamheid, terwijl critici vrezen dat consumenten ongemerkt insecten binnenkrijgen. Hoe de consument hierop reageert, zal de komende jaren duidelijk worden.
Een ding is zeker: de Europese voedingsmarkt staat op het punt te veranderen. De vraag is of de consument daarin mee wil gaan.