Het was een heldere oudejaarsavond toen Senna (31) naar buiten stapte en de lucht vulde met de kenmerkende geur van brandend hout. Overal in de buurt waren vreugdevuren opgestookt, een traditie die al generaties lang de overgang naar het nieuwe jaar markeert. Maar terwijl anderen genoten van de warmte en gezelligheid, voelde Senna vooral frustratie opkomen.
“Het is gewoon niet meer van deze tijd,” zegt ze met een duidelijke toon van ergernis. “We weten allemaal wat de gevolgen zijn, maar we blijven het toch doen.”
Senna woont in een wijk waar de vreugdevuren een echte traditie zijn. Ze begrijpt de nostalgie en het gemeenschapsgevoel die ermee gepaard gaan, maar vindt dat we ook de impact op het milieu en onze gezondheid niet langer kunnen negeren.
“Mensen hebben het over gezelligheid en saamhorigheid, maar ondertussen ademen we allemaal die fijnstof in. En niet alleen hier, het verspreidt zich overal,” benadrukt ze. Haar zorgen zijn niet ongegrond, want de gevolgen van deze vuren zijn significant.
Uit onderzoek blijkt dat vreugdevuren een enorme piek in fijnstof veroorzaken. Volgens het RIVM kan het fijnstofgehalte in de lucht tijdens oud en nieuw wel vijf tot tien keer zo hoog zijn als normaal. Dit komt niet alleen door vuurwerk, maar ook door de vreugdevuren die in veel gemeenten worden georganiseerd.
Fijnstof is schadelijk voor de luchtwegen en kan leiden tot gezondheidsklachten zoals benauwdheid, hoesten en verergering van astma. Voor kwetsbare groepen, zoals ouderen en mensen met longziekten, kan dit zelfs levensbedreigend zijn. “We hebben het over iets dat letterlijk je gezondheid schaadt, en toch kijken we weg,” zegt Senna.
De milieugevolgen zijn ook aanzienlijk. Het verbranden van hout en andere materialen in vreugdevuren stoot niet alleen fijnstof uit, maar ook schadelijke stoffen zoals koolmonoxide en zware metalen.
Daarnaast draagt het bij aan de uitstoot van CO2, wat een negatief effect heeft op de klimaatdoelen die Nederland probeert te halen. “We doen zo hard ons best om duurzamer te leven, en dan gooien we het tijdens oud en nieuw gewoon overboord,” stelt Senna teleurgesteld.
Ze haalt een incident van een paar jaar geleden aan, toen een gigantisch vreugdevuur in Scheveningen uit de hand liep. “Het leek wel een vuurzee,” herinnert ze zich. “De vonkenregen zorgde voor schade aan huizen en auto’s, en het had veel erger kunnen aflopen. Waarom leren we daar niet van?”
Dit incident leidde tot strengere regels en toezicht, maar volgens Senna is dat niet genoeg. “Het blijft een risicovolle traditie, zelfs met regels. Waarom nemen we dat risico überhaupt nog?”
Senna heeft geprobeerd het onderwerp bespreekbaar te maken in haar buurt, maar merkte dat er veel weerstand was.
“Mensen willen gewoon niet luisteren. Ze vinden dat ik de gezelligheid verpest en zeggen dat het maar één keer per jaar is. Maar als het om iets zo destructiefs gaat, maakt die ene keer per jaar juist een groot verschil,” legt ze uit.
Toch geeft Senna niet op. Ze pleit voor alternatieve manieren om de jaarwisseling te vieren. “Er zijn zoveel andere dingen die we kunnen doen. Denk aan gezamenlijke evenementen met muziek of lichtshows. Dat geeft net zoveel gezelligheid zonder al die schadelijke effecten.”
Ze hoopt dat gemeenten meer verantwoordelijkheid nemen en actief op zoek gaan naar duurzamere alternatieven. “Het is niet dat ik mensen hun traditie wil afnemen, ik wil gewoon dat we nadenken over de gevolgen en een betere keuze maken.”
De woorden van Senna laten weinig ruimte voor twijfel. Vreugdevuren zijn niet alleen een traditie, maar ook een grote bron van vervuiling en risico’s. Haar oproep om deze traditie te herzien en te vervangen door iets duurzamers komt voort uit een oprechte zorg voor gezondheid, veiligheid en het milieu.
Of ze hiermee een verandering in gang kan zetten, blijft nog even afwachten, maar één ding is zeker: Senna zal niet stoppen met haar strijd voor een schonere en veiliger jaarwisseling.