Dit raadsel is er zo eentje die je hersenen even op de proef stelt. Het lijkt simpel, maar zoals vaak met deze soort opgaven, zit er een addertje onder het gras. Laten we deze som eens ontleden en kijken hoe we tot het juiste antwoord kunnen komen.
Hier is de opgave:
2 + 10 (3 x 4) – 20
Op het eerste gezicht lijkt het een kwestie van simpele optellingen en vermenigvuldigingen, maar dit is zo’n som waarbij de volgorde van de bewerkingen cruciaal is. Volg je de juiste stappen, dan kom je zo bij het goede antwoord. Maar pas op: volgorde is belangrijk, en dat wordt vaak over het hoofd gezien.
De wiskundige regels die we moeten volgen om dit op te lossen zijn eenvoudig, maar wel onmisbaar. We hebben het over de volgorde van bewerkingen, ook wel bekend als de rekenvolgorde. Als je deze volgorde niet aanhoudt, kun je zomaar met een heel ander antwoord eindigen – eentje die eigenlijk helemaal niet klopt.
De volgorde van bewerkingen
Om deze som goed uit te werken, moeten we eerst een stapje terugnemen en denken aan de rekenvolgorde.
Er bestaat een handig ezelsbruggetje om deze volgorde te onthouden: BIDMAS (Brackets, Indices, Division and Multiplication, Addition and Subtraction), of in het Nederlands: haakjes, machtsverheffen, vermenigvuldigen en delen, optellen en aftrekken.
De volgorde waarin je deze handelingen uitvoert, bepaalt uiteindelijk het resultaat. Je begint altijd met de berekeningen binnen de haakjes, gevolgd door vermenigvuldigen en delen, en pas daarna optellen en aftrekken.
Dus, met de opgave 2 + 10 (3 x 4) – 20, moeten we deze stappen zorgvuldig volgen.
Stap voor stap oplossen
Laten we beginnen met de eerste stap volgens de volgorde van bewerkingen:
- Start met de haakjes: In de som zien we dat er een haakjesberekening is: (3 x 4). Deze moeten we als eerste oplossen.
(3 x 4) = 12
Dus de som ziet er nu zo uit:
2 + 10 * 12 – 20
- Vermenigvuldigen: We hebben nu geen haakjes meer, maar er staat wel een vermenigvuldiging. Volgens de volgorde van bewerkingen doen we die nu als tweede. In dit geval vermenigvuldigen we 10 met 12.
10 * 12 = 120
Onze som ziet er nu zo uit:
2 + 120 – 20
- Optellen en aftrekken: Nu zijn we aangekomen bij de laatste stap, waarbij we de optel- en aftreksommen oplossen in de volgorde waarin ze in de som staan.
2 + 120 = 122
122 – 20 = 102
En daar is het antwoord: 102!
Hoe je op het verkeerde spoor kunt raken
Veel mensen zien deze som en denken dat ze de som van links naar rechts kunnen afwerken. Maar zonder de juiste volgorde toe te passen, zouden ze misschien iets krijgen als:
2 + 10 = 12
Dan 12 * (3 x 4) = 48, en zo verder, wat helemaal fout uitkomt.
Het is echt belangrijk om goed op de volgorde van bewerkingen te letten, anders mis je het juiste antwoord. Dat kan frustrerend zijn, vooral als de som er zo eenvoudig uitziet.
Waarom is deze volgorde zo belangrijk?
Dit soort rekenraadsels is leuk en leerzaam, maar er zit ook een belangrijk inzicht achter. De rekenvolgorde zorgt ervoor dat we allemaal tot hetzelfde antwoord komen, ongeacht hoe we de som lezen. Het is een universele manier om complexiteit in rekenen te hanteren en vergissingen te voorkomen.
Het kan even wennen zijn, vooral als je niet dagelijks met zulke sommen bezig bent. Maar oefening baart kunst, en raadsels zoals deze zijn een goede manier om je vaardigheden te trainen en te verbeteren.
Antwoord en conclusie
Als je alles volgens de rekenregels hebt gedaan, kom je uit op het antwoord dat de juiste oplossing blijkt te zijn. Het antwoord op 2 + 10 (3 x 4) – 20 is dus:
102.
Best een verrassend resultaat, toch? Hopelijk geeft dit een beter begrip van de rekenvolgorde en hoe belangrijk het is om elke stap in de juiste volgorde af te handelen.