Elektrisch rijden is allang geen hype meer. Steeds meer mensen stappen over op een elektrische auto of scooter, en de infrastructuur groeit met de dag mee.
Maar nu gaan er geluiden op om een stap verder te gaan: een verplichting voor elektrisch rijden in steden. Wat is daarvan waar? En hoe ver zijn die plannen eigenlijk? Hier lees je alles wat je moet weten over de mogelijke toekomst van mobiliteit in de stad.
Waarom wordt er gesproken over een verplichting?
Steden hebben al jaren te maken met problemen rond luchtkwaliteit, geluidsoverlast en drukte op de weg. Auto’s op benzine of diesel spelen daarin een grote rol. Vooral in dichtbevolkte gebieden kan de luchtkwaliteit flink onder de norm zakken, met alle gezondheidsrisico’s van dien.
Om die reden hebben veel steden de afgelopen jaren al milieuzones ingevoerd. In sommige gebieden mogen oudere dieselauto’s bijvoorbeeld niet meer komen. De volgende logische stap lijkt een bredere overgang naar volledig emissievrij vervoer — en dat betekent elektrisch rijden.
Wat ligt er nu concreet op tafel?
Op dit moment wordt er op verschillende niveaus gesproken over zogeheten zero-emissiezones. Deze zones zouden vanaf 2025 in meerdere steden worden ingevoerd. In eerste instantie geldt dit vooral voor vrachtverkeer en bestelbusjes, maar uitbreiding naar personenauto’s wordt zeker niet uitgesloten.
De gemeenten die meedoen aan deze plannen willen uiteindelijk dat alle voertuigen in het centrum emissievrij zijn. Denk aan steden als Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag. In Amsterdam is al besloten dat de hele stad in 2030 uitstootvrij moet zijn. Dat betekent: alleen nog elektrisch of voertuigen op waterstof.
Wat betekent dit voor automobilisten?
Voor wie nog in een benzine- of dieselauto rijdt, kan dit op termijn grote gevolgen hebben. Het is goed mogelijk dat je in de toekomst het centrum van je stad niet meer in mag met een brandstofauto. Of dat je alleen nog tegen betaling (bijvoorbeeld via een dagpas) een milieuzone in komt.
Er zijn wel overgangsregelingen in de maak. Gemeenten willen bijvoorbeeld bepaalde uitzonderingen toestaan voor mensen die net een nieuwe auto hebben gekocht, of voor bewoners die geen alternatief hebben. Maar de algemene richting is duidelijk: de brandstofauto raakt op termijn steeds meer beperkt.
Elektrisch rijden als norm in de stad
De discussie gaat dus steeds meer richting een situatie waarin elektrisch rijden de norm wordt in stedelijke gebieden. Niet alleen vanuit milieuoogpunt, maar ook om de leefbaarheid te verbeteren. Elektrische voertuigen maken minder geluid, stoten niets uit tijdens het rijden en zijn vaak compacter — ideaal voor de krappe stad.
Daarnaast stimuleren overheden het gebruik van elektrische voertuigen met subsidies en belastingvoordelen. De overheid vergoedt een deel van de aanschafprijs van een elektrische auto, en ook het bijtellingspercentage voor zakelijke rijders ligt lager dan bij brandstofauto’s.
Zijn er al steden waar dit realiteit is?
In sommige Europese steden is het al zover. In Oslo mogen alleen nog elektrische taxi’s rijden in bepaalde delen van de stad.
Parijs wil in 2030 alle voertuigen met verbrandingsmotor verbieden. In Londen betaal je extra als je met een vervuilende auto het centrum in rijdt. Nederland volgt deze trend, al is het tempo afhankelijk van politieke keuzes, de markt en de infrastructuur.
In ons land zijn op dit moment dozens steden die zich hebben aangesloten bij het klimaatakkoord waarin zero-emissiezones vanaf 2025 worden uitgerold. De plannen worden steeds concreter, al zijn ze nog niet in elke gemeente definitief vastgelegd.
Is Nederland er klaar voor?
De overstap naar elektrisch rijden is een grote operatie. Niet alleen moeten automobilisten overstappen, ook moet de infrastructuur meebewegen. Denk aan voldoende laadpalen, netcapaciteit en betaalbare elektrische auto’s.
Gelukkig groeit het aantal laadpunten snel. In steden als Utrecht en Amsterdam staan op bijna elke straathoek laadpalen. Ook supermarkten en parkeergarages investeren volop in oplaadmogelijkheden. Toch zijn er ook nog knelpunten, vooral in oudere wijken met weinig openbare ruimte.
Daarnaast blijft de prijs van elektrische auto’s voor veel mensen een drempel. Hoewel er steeds meer betaalbare modellen bijkomen, is een nieuwe elektrische auto nog steeds flink duurder dan een vergelijkbare benzinevariant. De tweedehandsmarkt begint pas net op gang te komen.
Wat kun je als automobilist nu doen?
Voorlopig is elektrisch rijden in de stad nog niet wettelijk verplicht, maar de ontwikkeling is wel ingezet. Het is dus slim om alvast vooruit te kijken. Overweeg je binnen een paar jaar een nieuwe auto te kopen? Dan is het misschien verstandig om een elektrische optie serieus mee te nemen.
Woon je in een stad waar plannen zijn voor een zero-emissiezone? Check dan de website van je gemeente. Veel steden geven nu al duidelijkheid over welke regels wanneer gaan gelden, en of je in aanmerking komt voor overgangsregelingen of subsidies.
De toekomst van rijden in de stad
Alles wijst erop dat elektrisch rijden op korte termijn de standaard wordt in stedelijke gebieden. Niet van vandaag op morgen, maar stapsgewijs en met overgangsperiodes. De voordelen voor milieu, gezondheid en leefbaarheid zijn simpelweg te groot om te negeren.
Overheden zetten hun kaarten op schoon vervoer, en de autobranche beweegt daarin mee. Voor automobilisten betekent dit: keuzes maken. Blijf je vasthouden aan een brandstofauto en neem je de beperkingen voor lief? Of stap je over naar elektrisch en ben je voorbereid op de toekomst?
De komende jaren worden hierin bepalend. Eén ding is zeker: de stad van de toekomst rijdt elektrisch.