Contant geld is voor veel Duitsers nog altijd de standaard, vooral in de horeca en bij kleine winkels. Maar als het aan de nieuwe Duitse regering ligt, komt daar binnenkort verandering in.
De aankomende coalitie van SPD en CDU/CSU wil namelijk dat elke zaak verplicht minimaal één digitale betaalmethode aanbiedt. Wat betekent dat voor klanten én ondernemers? En waarom is dit voorstel nu al zo omstreden?
Contant geld blijft, maar digitaal wordt verplicht
In Duitsland is het normaal dat je in cafés of op markten uitsluitend met cash kunt betalen. Voor toeristen uit bijvoorbeeld Nederland of Scandinavië – waar je zelfs in een snackbar met je smartphone kunt afrekenen – is dat vaak verrassend. Volgens de nieuwe regeringspartijen is dat achterhaald.
Het plan is simpel: contant geld blijft toegestaan, maar elke onderneming in de horeca of detailhandel moet minimaal één digitale betaaloptie aanbieden. Denk aan kaartbetalingen, Apple Pay of andere mobiele oplossingen. Zo willen de partijen het betaalverkeer moderniseren én belastingontduiking tegengaan.
Waarom deze verandering?
Er zijn meerdere redenen waarom de coalitiepartijen deze stap zetten. Een belangrijke motivatie is de bestrijding van belastingfraude.
Digitale betalingen laten altijd een spoor achter. Daardoor wordt het moeilijker om omzet te verdoezelen of belastingen te ontwijken. Schattingen laten zien dat de Duitse staat jaarlijks tot wel 70 miljard euro misloopt door zwarte inkomsten.
Daarnaast is het ook een stap richting klantvriendelijkheid en modernisering. Steeds meer mensen – vooral jongeren – willen gewoon met hun pinpas of telefoon betalen. Vooral toeristen ervaren de ‘cash-only’-cultuur in Duitsland als ouderwets en onpraktisch.
Wat verandert er voor ondernemers?
Voor veel ondernemers betekent deze maatregel een investering. Er moeten pinterminals worden aangeschaft, contracten met betaalproviders afgesloten, en vaak worden er ook transactiekosten gerekend per pinbetaling.
Sommige zaken rekenen daarom nu al een minimumbedrag voor pinnen, bijvoorbeeld 10 euro. Of dat straks nog mag, is op dit moment nog niet duidelijk.
De horecaorganisatie Dehoga waarschuwt alvast voor extra lasten. Ondernemers hebben het volgens hen al zwaar genoeg met de nasleep van corona, hoge energieprijzen en inflatie. Vooral op plekken als kerstmarkten of festivals zou contant geld veel praktischer zijn, omdat internetdekking daar vaak slecht is.
Tegengeluid van de belastingdienst
Aan de andere kant staat de Duitse belastingdienst (Steuergewerkschaft) die juist blij is met het plan. Elke digitale transactie maakt het makkelijker om inkomsten te controleren en belastingontduiking op te sporen. Voor hen is het duidelijk: hoe meer digitaal, hoe eerlijker het systeem.
Volgens experts is dit een belangrijke stap in het moderniseren van het belastingstelsel. Ze noemen de digitalisering van de kassa essentieel, en wijzen erop dat bedrijven zo automatisch voldoen aan registratieverplichtingen.
Gaat de bonplicht verdwijnen?
Een opvallend spanningsveld binnen de plannen is de mogelijke afschaffing van de bonplicht, iets waar vooral de CDU/CSU zich hard voor maakt. Sinds 2020 is elke winkel in Duitsland verplicht om bij elke transactie een bon te geven, ook al wil de klant die niet. Die regel moest destijds ook helpen bij het bestrijden van belastingontduiking.
Nu lijkt diezelfde partij die verplichting weer te willen schrappen, terwijl belastingexperts juist de combinatie van digitale betaling én bon het krachtigst vinden. Of de coalitie daar op één lijn gaat komen, is dus nog niet zeker.
Wat betekent dit voor klanten?
Voor consumenten verandert er vooral iets in positieve zin. Wie geen cash bij zich heeft, kan straks overal met een kaart of smartphone betalen. Dat sluit beter aan bij de gewoontes van jongere generaties en internationale bezoekers. Ook kan het bijdragen aan meer gemak en minder wachttijd bij de kassa.
Toch zijn er ook zorgen. Wat als de digitale systemen uitvallen? En hoe zit het met privacy? Niet iedereen is blij met het idee dat elke betaling wordt geregistreerd. De balans tussen gemak, controle en privacy zal dus belangrijk blijven in de publieke discussie.
Belastingverlaging als compensatie
Interessant is dat de coalitie ook plannen heeft om de btw op horeca blijvend te verlagen naar 7 procent. Deze maatregel werd eerder tijdelijk ingevoerd tijdens de coronapandemie, en lijkt nu structureel te worden. Critici noemen het een verkiezingscadeautje voor ondernemers en hogere inkomens.
Volgens SPD-politicus Michael Schrodi is het echter een eerlijke deal: aan de ene kant meer transparantie door digitale betalingen, aan de andere kant lagere lasten voor ondernemers dankzij de lagere btw.
Digitalisering als onvermijdelijke stap
Wat er ook gebeurt, één ding is zeker: de digitalisering van het betalingsverkeer is niet meer te stoppen. Duitsland loopt in dit opzicht nog altijd achter op andere Europese landen. Dit nieuwe voorstel brengt het land weer een stap dichter bij een toekomst waarin contant geld een optie is, maar niet langer de norm.
Voor ondernemers is het belangrijk om zich voor te bereiden op de veranderingen. Wie nu al investeert in goede betaaloplossingen, is straks klaar voor wat vrijwel zeker een nieuwe standaard wordt. En consumenten kunnen zich verheugen op meer gemak en minder gedoe bij het afrekenen.
De komende maanden zal duidelijk worden hoe de wetgeving precies vorm krijgt. Maar dat er iets gaat veranderen aan de manier waarop er in Duitsland wordt betaald, is inmiddels overduidelijk.